Waarom Vlaanderen geen Subhas Bose heeft
Waarom Vlaanderen geen Subhas Bose heeft
(Doorbraak, 3 februari 2021)
Vanuit het standpunt van de
internationaal erkende staat Brits-India was Subhas Bose in de Tweede
Wereldoorlog de ultieme collaborateur met de vijand. Zoals we gezien hebben (Doorbraak,
27 januari 2021): hij had legers onder zowel Duits als Japans gezag, richtte
een tegenregering in ballingschap op, en oefende gezag uit over een (weliswaar
heel klein) veroverd deel van zijn moederland. Britse veiligheidsrapporten
noemen hem steevast ‘a black’, of wat wij ‘een zwarte’ noemen.
Toch draagt het volledige politieke
spectrum in India hem op handen. Bij het Congres, zijn toenmalige rivaal, is
dat weliswaar niet van harte, maar het voelt zich omwille van zijn populariteit
genoopt tot lippendienst. Ook Ahmed Soekarno in Indonesië en Aung San in Birma
waren voluit collaborateurs met Japan doch behoren er tot het nationale
pantheon. De gemeenschappelijke culturele erfenis rond het boeddhisme maakte
het voor de bevolking van de Aziatische kolonies extra voor de hand liggend om
de zijde van Japan te kiezen; ook in Mongolië en Tibet werd op die grond een
pro-Japanse stemming opgewekt die men echter niet militair wist uit te buiten.
Arm Vlaanderen
Waarom heeft Vlaanderen geen Subhas
Bose? Het had toch flink wat collaborateurs in zijn volksrangen, dus er is
keuze genoeg. Waarom zijn Vlaamse gemeenten niet fier op hun Cyriel
Verschaevestraat, in plaats van ze om te dopen om die besmette priester-dichter
beschaamd aan het zicht te onttrekken? Stel je voor dat het Vlaams Parlement
eens dr. August Borms zou eren, die niet één maar zelfs twee keer met de Duitse
bezetter collaboreerde, en dat alles ‘voor Vlaanderen’, zoals hij op weg naar
het voorpeloton als uitleg voor zijn doodstraf gaf; of Staf Declercq.
Op gebied van lijfelijke
heldhaftigheid komen ze als grijze muizen wel niet aan Bose’s enkels. Dan had
je beter een Reimond Tollenaere kunnen kiezen, aan het Oostfront op het veld
van eer gesneuveld. Maar hij was dan weer een ondergeschikte figuur, bovendien
geveld door een verdwaalde kogel van bevriende zijde, dus minder geschikt voor
de rol van martelaar en nationaal boegbeeld. Dan deed Wallonië (onder Belgische
vlag) het met Léon Degrelle toch beter: politiek leider maar tevens
oorlogsheld, die anders dan de meeste Oostfronters ook om een soort van overwinning
bekend werd (de uitbraak bij Tsjerkassy), en die het bovendien overleefde.
Dat Vlaanderen niet op de
collaboratie kon voortbouwen, lag niet aan de Asmogendheden. Duitsland heeft
weliswaar de oorlog verloren, wat ook de collaborateurs in het verliezerskamp
plaatste. Maar Japan heeft evengoed als Duitsland verloren. Wat wel verschilde,
was de eigen overwinning of nederlaag van het betrokken land: India, Birma en
Indonesië werden enkele jaren na 1945 onafhankelijk, zij konden voortaan hun
eigen geschiedenis schrijven en bepalen wie als held of als schurk zou tellen.
Was het Britse bewind gebleven, dan hadden Indiase schoolkinderen nog steeds
over de ‘verrader Bose’ moeten leren. Dus omgekeerd: was Vlaanderen na de
oorlog eveneens onafhankelijk geworden, dan zou ook Borms als een soort vader
des vaderlands gegolden hebben.
Weliswaar had Duitsland nooit de
Vlaamse onafhankelijkheid nagestreefd, noch zelfs wegens Vlaamse smeekbeden dan
maar toegestaan (alleen onder militante belgicisten heb je er wel die beweren
dat Vlaamse onafhankelijkheid ‘het programma van Hitler zou uitvoeren’). Het
hield België en ander klein grut als pasmunt voor een verhoopte compromisvrede
met de Britten, en tot dan als deel van het Duitse rijk. Evenzeer hadden
Indonesië en Birma in een zegevierend Japans rijk niet op volledige
onafhankelijkheid moeten hopen. India misschien wel, en dat was ook het spel
dat Japan met Bose speelde: hij mocht de onafhankelijkheid uitroepen en een
regering vormen, compleet met vlag en volkslied. Dat hebben Borms en Declercq
nooit bedongen; maar tenminste zouden ze in een Duitse provincie Flandern
alvast niet gedemoniseerd geweest zijn.
Damnatio
memoriae
Een
ander tegenfeitelijk scenario is dat Vlaanderen, ongeacht de Duitse nederlaag,
onafhankelijk geworden zou zijn. Of, nog tegenfeitelijker, dat een unitair
België geen repressie tegen de Vlaamse collaborateurs zou georganiseerd hebben,
noch zelfs een damnatio memoriae. Dan nog zou er vandaag meer op de
reputatie van de prominentste Vlaamse collaborateurs afgedongen worden dan bij
Bose het geval is, zij het wel niet met de hysterische roeptoeter waaraan we
vandaag gewend zijn. Denk eerder aan een gelegenheidsvraaggesprek met een
geschiedkundige die zich interessant wil maken, maar die beetje bij beetje toch
het aureool dat ze in een tegenfeitelijke Newsweek gekregen hadden, zou
doorprikt hebben.
Bose
vocht niet voor Duitsland of Japan, maar voor zijn eigen land. Hij bedong
bijvoorbeeld bij de Duitsers dat zijn leger alleen tegen Britse vijanden zou
ingezet worden, zeker niet tegen de Sovjet-Unie. Er is ook geen betrokkenheid
van zijn troepen in de Holocaust of de Japanse wreedheden bekend. Maar of het
Vlaams Legioen in Rusland voor de Vlaamse belangen ging vechten, is
twijfelachtig. Borms en Declercq dachten wel dat de jonge Vlamingen die zij
voor het Oostfront rekruteerden, nuttige pionnen aan de onderhandelingstafel
tussen Vlaanderen en Groot-Duitsland zouden zijn; het leven van die jongens was
een betere zaak waardig.
Van
Borms is bekend dat hij aan zijn tevredenheid uiting gaf toen de Antwerpse Joden
weggevoerd werden. Mogelijk wist hij niet dat ze hun dood tegemoet gingen (net
zo min als de Nederlandse Jodenraad, die zelf de deportatie mee organiseerde),
maar dan was hij minstens schuldig aan onnozelheid. Op eigen
verantwoordelijkheid geef ik hier volgend onverifieerbaar citaat. Wijlen Luc
Dieudonné, beheerder van het Bormshuis, zei me zelf nog dat Borms ‘zich
verschillende keren als een dwaas heeft laten gebruiken’. Alleszins niet het
materiaal waaruit ze vaders des vaderlands maken.
Vlaanderen
was gewoon te klein om een glorieus onafhankelijkheidsproces tegemoet te gaan,
zelfs bij een Duitse overwinning. De wil om onafhankelijk te worden was ook
veel minder sterk dan in de Aziatische kolonies, en de associatie met de door
velen gehate bezetter heeft daar ook geen goed aan gedaan. Die slinger keerde
weer een beetje door de aperte onrechtvaardigheid van de Belgische repressie,
maar toen lag de flamingantische droom al aan gruizelementen. Vlaanderen had
maar een waterkans, en heeft ze gemist.
(genoemde personen: Subhas Bose, August Borms, Cyriel
Verschaeve, Staf Declercq, Reimond Tollenaere, Léon Degrelle, Luc Dieudonné)
Labels: Borms | August, Bose | Subhas Chandra, collaboratie, Declercq | Staf, Verschaeve | Cyriel, Vlaanderen
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home