Namaste en virusveiligheid
(Doorbraak, 9 maart 2020)
Nu Boris Johnson na een reeks onbekommerde handdrukken met Covid-19 afgevoerd is, hebben enkele culturen met verregaande smetvrees zich plots tot rolmodel ontpopt, namelijk Japan en vooral India. Welke gewoontes uit deze landen zijn blijvers, ook voor na deze crisis?
De wereldmedia ontkomen er niet aan, foto's af te drukken van
wereldleiders die hun handdruk voor een añjali mudrâ (“zegel van
eerbied”, “eerbetuigingshandhouding”) ingeruild hebben. Men brengt dan de eigen
twee handpalmen met omhoog wijzende vingers samen voor het hart, en de persoon
die je groet, doet hetzelfde. De lichaamshouding als geheel heet de praṇâmâsana
(“groethouding”). Dat is de gebruikelijke groet onder hindoes, met de uitroep Namaste
(“eerbetuiging aan u”) in een formeel taalregister. Van het onderliggende
werkwoord namâmi, “groeten”, is het heel-Indo-Europese woord naam
afgeleid, evenals het Perzische woord namâz (“buiging, gebed”). Volksmensen
zeggen eerder Râm Râm (ongeveer: Grüss Gott), maar met hetzelfe
gebaar. Of desnoods zonder gebaar, maar alleszins niet met een handdruk of
andere aanraking.
Neuze-neuze
In dit opzicht, elkaar zonder aanraking te groeten, zijn de meeste culturen (behalve misschien het spreekwoordelijke neuze-neuze van de Inuit) gelijk. In Zuid-Europa bracht men ooit de Olympische of Romeinse groet. Moslims in Zuid-Azië groeten elkaar door met hun rechterhand hun eigen voorhoofd (net niet) aan te raken en dan Âdâb arz hai (“respect zij met u”) of Salâm (“vrede”) te zeggen.
In het klassieke China, zoals nog steeds in Japan, boog men voor elkaar,
waarbij het een hele wetenschap was, hoe diep de buiging moest zijn om aan het
juiste verschil in rang te beantwoorden. Door decennia marxisme is veel Chinese
eigenheid verloren gegaan, en is de eenvormige formele groet Ni hao (“aan
u goed”) veralgemeend. Chinese vrienden onder elkaar zullen eerder iets
familiairs zeggen, bijvoorbeeld Ni chile mei yao? (“heb je gegeten?”). Een
traditioneel groetgebaar, dat je nog vindt in gevechtskunst, is dat men de
rechterhand tot vuist maakt, zoals het karakter voor “zon”, de linkerhand
schuin gebogen, zoals het karakter voor “maan”, en an de twee vóór de borst
tegen elkaar duwt met een buiging. De vereniging van die twee karakters geeft
het karakter voor “helder”, ming, tevens de naam van de Ming-dynastie,
die na de Mongoolse en vóór de Mantsjoe bezetting wam; daarom appeleert het ook
aan het Chinees patriotisme.
De formele afstandelijkheid past in een patroon van eerbied en
impliciete hygiëne, maar neemt niet weg dat vele culturen, en de Chinese bij
uitstek, tegelijk wel plaats hebben voor onhygiënische voedselkeuzen. Daarin is
het hindoeïsme het andere uiterste, met een grote minderheid die strikt vegetariër
is (en ook door anderen als voorbeeldig bejegend wordt), terwijl die anderen het
bij een veel minder kleurrijk vleesmenu houden.
Besmetteljke heildronk
De handdruk of andere aanraking is in het traditionele landschap van beschavingen eerder zeldzaam. Het komt voort uit de Noord-Europese cultuur, die erg onhygiënisch was. Goed, enerzijds bestond er net als bij de Romeinen en later de Arabieren een zekere badcultuur, varianten op de sauna, die bij de kerstening tijdelijk in onbruik raakte. (Waar christenen met anderen samenleefden, waren zij herkenbaar aan hun lijfgeur.) Anderzijds rapporteert Ibn Fadlan, een 10de-eeuws gezant van het Kalifaat die de Wolga opvoer en er de Waregen ofte Zweedse Vikingen leerde kennen, verbluft dat zij bij feestelijkheden een beker doorgaven waar ze allen van dronken, zelfs van bier waarin anderen gespuwd hadden. Nog in die streken zien we vandaag dat de Russen elkaar kussen, wat in Arabië of India ondenkbaar is. In dat koude klimaat hoefde je minder voor besmettingen te vrezen, en bovendien was het daar eigenlijk goed als je elkaar besmette, want dat kweekte “groepsimmuniteit”.
Het is dus in onze weinig om hygiëne bekommerde gemeenschap dat de
handdruk is kunnen ontstaan. De handdruk was blijkbaar een gebaar waarmee
ridders elkaar de verzekering gaven dat ze geen dolk in hun handpalm verstopt
hadden.
Het was wel een gebaar dat een mate van gelijkheid uitdrukte. Als je een
audiëntie bij de kardinaal had, werd je geacht zijn ring te kussen, niet hem de
hand te drukken. Ook vrouwen gaf je geen hand: ze zijn in sommige opzichten
inferieur, in andere superieur, maar nooit gelijk, nooit onverschillig. Wanneer
een edelvrouw haar zakdoek om de lans van een toernooiridder kwam binden, kan
je je niet voorstellen dat ze elkaar een kloeke handdruk zouden gegeven hebben.
Kaäba gesloten
Dat doet de vraag rijzen naar het waarom van de reinheidsgeboden. In de vóórmoderne tijd had men geen duidelijk besef van microben en virussen, en hun notie van bezoedeling betrof soms andere, morele of magische vormen van onreinheid dan bij Corona. Desalniettemin waren de reinheidsregels, zoals het zuiverst door de hindoes bewaard, erg doeltreffend tegen dit soort besmetting.
Zo zal een apotheker zijn voorraad van een kruid weggooien als een
potentiële klant eraan geroken heeft: ook via ademcontact kunnen virussen
overgedragen worden. Verder wordt men niet geacht, de eigen huid en zeker de
lichaamsopeningen aan te raken, tenzij men onmiddellijk de handen wast.
Uiteraard zijn wassingen van het grootste belang, te beginnen met een stortbad
vóór zonsopgang. Hierin zit een element van zonsverering, want men wil rein
zijn (ook ontlast en met nuchtere maag) om de opgaande zon te begroeten. Men
mag geen voedsel aanraken dat voor een ander bestemd is, ook niet onrechtstreeks
via keukengerei. Daarom eet men met de vingers, niet met bestek.
We zien vandaag hoe alle kerken en moskeeën gesloten worden, zelfs de
Sint-Pietersbasiliek en de Kaäba. Waar dat niet gebeurt, zijn grote
besmettingsgolven het gevolg. Zo zijn in India één derde van alle besmettingen
terug te voeren tot een massabijeenkomst van de fundamentalistische organisatie
Tablighi Jamaät (“Vereniging voor Propaganda”). Hindoe tempels zijn ook
loyaal tot de sluiting overgegaan sedert premier Narendra Modi een lockdown
afgekondigd heeft, maar eigenlijk leveren zij veel minder gevaar op: daar is
geen groepsgebed, mensen komen alleen of per familie.
Voor het einde bewaren we de observatie dat de hindoebeschaving ook een
probleem op afstand houdt waar de Europeanen blijkbaar mee zitten: zij houden
zich proper zonder toiletpapier. Kortom, India
heeft meer dan honderd keer zo veel inwoners als ons land, en nog alle kansen
om miljoenen slachtoffers te krijgen; maar tot nu toe heeft het, ondanks een vroeer
begin, veel minder Corona-slachtoffers dan ons land. Het doet blijkbaar iets
dat navolging verdient.
Labels: Corona, handdruk, immuniteit, Johnson | Boris, Modi | Narendra, namaste, reinheid
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home