Handleiding voor het islamdebat (3) Begripsverheldering: wat de islam wel is
De islam is een
leerstelsel. Dat is een open deur intrappen, en toch is het nodig om het luidop
te bevestigen, want zeer velen willen dat immers niet geweten hebben. Telkens
je over de islam als leerstelsel begint, wat hij inhoudt, wat hij gebiedt en
verbiedt, hoe hij de mensheid indeelt enzovoort, wordt je meteen onderbroken
door een welweter die daar niets van wil horen. Hij zegt dan: “Jamaar, ik ken
een moslim en die denkt daar anders over.”
Volgens presidentsvrouw
Eleanore Roosevelt hebben grote geesten het over ideeën, middelmatige over
gebeurtenissen, en kleine over mensen. In het islamdebat gaat het over ideeën,
maar de pleitbezorgers van de islam zullen alles doen wat ze kunnen om te
verhinderen dat je daar in de buurt komt. Zij willen het vooral niet over de
islam hebben, desnoods wel over moslims.
“Dé islam bestaat
niet”: het staat altijd zeer goed om dat te zeggen. Het postmoderne denken
heeft een groot wantrouwen ingeplant tegen “essentialisme”, het uitgangspunt
dat de dingen een essentie hebben. In het algemeen zou dat postmoderne dogma al
onzinnig zijn, want een beetje denkhygiëne gebruikt alleen begrippen met een
afgelijnde betekenis. Maar op de islam is het helemaal niet van toepassing.
Natuurlijk heeft de islam een essentie: die is vervat in de geloofsbelijdenis,
verplicht voor elke moslim. Het is bijvoorbeeld dat wat toelaat om een
onderscheid te maken tussen een islambelijder en een ongelovige.
Grijze zone
“Jamaar, er is een
grijze zone…” Zelfs waar de grenzen niet zo scherp zijn, komt er een ogenblik
waarop je weet dat je de grens nu echt overgestoken bent. Van de meeste dingen
weet je, of kan je weten, of ze islamitisch zijn of niet. Bijvoorbeeld, volgens
alle islamitische rechtsscholen is alleen de doodstraf de juiste straf voor
belediging van de Profeet. Mohammed zelf legde de doodstraf op aan zijn
hekelaars, eerst door sluipmoord, later door formele terechtstelling. Salman
Rushdie vermoorden is 100% islamitisch.
“Jamaar, ik heb al
moslims gehoord die tégen dat doodvonnis zijn.” Ten eerste kunnen ze natuurlijk
liegen. Ze weten immers dat er in het Westen een enorme vraag bestaat naar
geruststelling omtrent de islam, en desgewenst praten ze de kerstekinderen naar
de mond.
Maar laten we het
hebben over de moslims die het echt menen wanneer ze de moord op critici
afkeuren. Dat is natuurlijk geen verdienste, want ook de meeste niet-moslims
vinden het best toelaatbaar om de onaangename waarheid over de Profeet te
zeggen. Maar goed, het is wel opmerkelijk dat ze een handelwijze afkeuren die
door Mohammed voorgedaan is en door alle rechtsgeleerden aanvaard wordt. Welnu,
in die mate zondigen zij tegen de islam. Niet de islam kent een variant die
weigerachtig is tegenover die doodstraf, maar de moslimgemeenschap heeft
lauwaards en huichelaars (moenâfiqîn) in haar rangen, mensen die niet aan de
islamnorm voldoen. Wat zij ook goed- of afkeuren, het maakt geen verschil voor
het islamitisch gebod om elke belediger
van de Profeet ter dood te brengen.
Echter, ik wil best
erkennen dat er inderdaad een grijze zone bestaat, zij het dat ze maar klein
is. Ze bevat echter wel een belangrijk geschilpunt: de vrouwenbesnijdenis. In
Egypte en de Sahellanden beschouwt men ze als een integraal deel van de islam,
en ook buiten Afrika, van Koerdistan tot Indonesië, heeft ze dankzij de islam enige
ingang gevonden. Dat ze al vóór Mohammed bestond, doet er niet toe: ook de
bedevaart naar Mekka, het vasten, het gebed, het aalmoes, het dierenoffer, de
hoofdbedekking, alles bestond al eerder. Als de vrouwenbesnijdenis om die reden
niet islamitisch is, dan die andere elementen ook niet (zodat ze niet onder de
godsdienstvrijheid vallen). Als de Ramadân islamitisch is, dan de
vrouwenbesnijdenis ook.
Alleen, er zijn ook
miljoenen moslims én hun rechtsgeleerden die de vrouwenbesnijdenis niét bevelen
noch aanbevelen. De voorstanders beroepen zich erop dat Mohammed van een
besnijdenis getuige was en ze goedkeurde: dát en niets anders beslist erover of
een praktijk islamitisch is. Tegenstanders stellen dan weer vast dat de Profeet
ze niet verplicht stelde, en ze aan zijn eigen vrouwen en dochters niet
oplegde. Ziedaar dus echt een grijze zone, waar tegengestelde standpunten zich
allebei op het voorbeeld van de Profeet kunnen baseren. De pragmatici onder ons
kunnen hiervan vooral onthouden dat ze de vrouwenbesnijdenis streng mogen
verbieden zonder daarmee het voorbeeld van de Profeet te schenden.
Slavernij
Maar de meeste
keuzen die een mens moet maken, liggen overduidelijk aan de ene of de andere
kant van de grens rond de islam. De slavernij bijvoorbeeld is éénduidig
islamitisch. Mohammed aanvaardde ze, en hij had, maakte en verhandelde slaven.
Alleen een schurk kan beweren, en een dwaas slikken, dat de slavenhandel in de
Islamitische Staat “niets met de islam te maken heeft”.
Nog zo’n favoriete
dooddoener is: “Er zijn zo veel islams als er moslims zijn.” Helemaal niet. Er
bestaan moslims die alcohol drinken, maar dat betekent niet dat er naast een
geheelonthoudende islam ook een drinkende islam bestaat. Alleen de
geheelonthoudende levenswijze is islamitisch, en als een moslim toch drinkt,
dan is hij gewoon een slechte moslim.
3 Comments:
Een heel degelijk en helder stuk van Koen Elst!
Twee detailopmerkingen: moet het niet zijn "Dé islam bestaat niet"?
En het Roosevelt-citaat is er meer waarschijnlijk een van de in Russisch Polen
geboren Amerikaanse admiraal Hyman Godila Rickover.
Koenraad Elst is even expert als arabist, als helder in zijn uitleg over het wezen van de Islam. Laten we hopen dat velen dat zullen lezen.
Luc: "dé": verbeterd.
Philippe: "arabist" is te veel eer. Ik heb en leergang Arabisch gevolgd, en ook Perzisch trouwens, maar mijn diploma's zijn: sinoloog, oosters filoloog en geschiedkundige (indo-iranistiek), en wijsgeer. Maar ik deel uw hoop dat ik talrijke lezers mag bereiken.
Een reactie posten
<< Home