Probeer het eens met België
“Met België als het kan, zonder België als het moet.” Soft-flaminganten herhalen die leuze al tientallen jaren, meestal als schaamlap voor een zwakke politieke wil en een onduidelijke politieke intentie. Nochtans is het op zich wel een juist uitgangspunt.
In het spoor van Joris van Severen droomde Lode Claes ervan om als Vlaamse meerderheidsgroep in een unitair België de macht te veroveren. Gewoon een aanwezigheid in de bestuursklasse en machtsinstellingen verwerven overeenkomstig ons aantal. Vandaag zou dat plan op het eerste gezicht betere slaagkansen hebben dan in zijn tijd. Het belang van het Frans als langue internationale is aan het verdwijnen en het Vlaams economisch overwicht is overweldigend. Zelfs de demografische ontwikkeling hoeft niet ongunstig te zijn: de talloze asielzoekers die terre d’accueil Wallonië naar Vlaanderen blijft afschuiven, kunnen tot Vlamingen geassimileerd worden. Het percentage leerlingen in de Vlaamse scholen in Brussel is veel groter dan het percentage Vlamingen, zij zouden volksgenoten kunnen worden, bovendien met minder “weg met ons”-complexen dan de geboren Vlamingen. Ondanks de vergrijzing van de vruchteloze oer-Vlamingen lijkt de Vlaamse meerderheid dus wel gewaarborgd.
Het unitaire België biedt de Vlamingen dus de kans op een land dat zij naar eigen inzicht kunnen inrichten, een thuis. Juist daarom is het in 1970 afgeschaft. Zoals de Franstaligen het Vlaamse elan van “Leuven Vlaams” gebruikt hebben om hun eigen reeds bestaande plannen voor een nieuwe UCL-campus uit te voeren, zo hebben zij de flamingantische roep om “federalisme” handig tot eigen voordeel aangewend. In hun vuistje lachend om de peilloze Vlaamse domheid stonden zij heel genereus het gevraagde federalisme toe, maar dan met pariteitsafspraken en grendels die het numerieke voordeel van de Vlamingen ongedaan maakten.
Dat federale België is een keurslijf dat Vlaanderen beknelt en voorgoed minoriseert. Willen de Vlamingen ooit met zelfrespect in een land leven waarin zij geen tweederangsburgers zijn, dan moeten zij of dat keurslijf breken of het land verlaten. Is dat eerste mogelijk? Op sociale netwerksites blijkt het een trend te zijn onder anti-flamingantische snobs om voor een unitaire kieskring en uiteindelijk voor een terugkeer naar het unitaire België te pleiten. Zij wanen zich bijzonder stoer met zo’n rake kaakslag aan de Vlaamse separatisten. Waaruit blijkt: de flaminganten mogen dan dom zijn, maar de belgicisten (althans de Vlaamse) zijn het nog meer. Zij schijnen niet te weten dat niet de flaminganten maar juist de Walen destijds de taalgrens ingevoerd en België gecommunautariseerd hebben. In hun grendel-federale schikking van België moeten alle politici zich tot een taalrol bekennen, want zonder eerst Nederlands- en Franstaligen te definiëren kan er geen pariteit vastgesteld worden.
Stel dat een tweederde meerderheid, met gewone meerderheid in beide taalgroepen, plots voor een terugkeer naar een unitair België kiest. Geen taalrol meer, geen taalgebieden, we zijn allemaal Belgen. Een eenvormig meertalige staat zoals bv. Singapore. Dan zal elke parlementszetel evenveel stemmen vertegenwoordigen, dus zal de PS met de verkiezingsuitslag van 13 juni een aantal zetels aan de N-VA moeten afdragen. In Brussel zal er niet veel veranderen, want daar is de pariteit toch al maar een farce, maar op Belgisch niveau zullen de Franstaligen heel wat voordelen moeten opgeven. Een BHV-stemming zal zich niet meer voordoen, want geen BHV-probleem meer, maar over allerlei andere zaken kunnen wetten gestemd worden met een meerderheid die toevallig helemaal uit Vlaamse Belgen bestaat. Stel het u even voor, en u begrijpt meteen dat de Franstaligen zulk scenario zullen blokkeren. Tenzij zij goedzakken worden wier hoogste geluk bestaat uit schouderklopjes krijgen wegens redelijkheid en uitverkoop van eigen belangen,-- kortom, Vlamingen.
Het alternatief is dat Vlaanderen de Franstaligen inpepert dat de Belgische wetten ook voor hen gelden: hen daadwerkelijk doen betalen voor het Vlaamse schooltje in Komen, of de taalvereisten bij de benoeming van overheidspersoneel in Brussel strikt doen naleven, met als gevolg het ontslag van duizenden ten onrechte benoemde eentaligen. Dat vraagt aan de Franstaligen alleen of ze het nu echt menen met hun liefde voor België. Het is iets heel anders dan het voorstel van Guido Tastenhoye om Brussel uit te hongeren, het past gewoon de bestaande wetten toe. Het geeft België nog een kans, maar dan héél België, inbegrepen zijn taalwetgeving.
Mogelijk gaan de Franstaligen zelfs in op de Vlaamse uitdaging om hun gehechtheid aan België waar te maken. En leven we nadien nog lang en gelukkig samen. In de geschiedenis ontstaan soms golven van religieuze geestdrift die een heel volk in beweging en het onmogelijke binnen bereik brengen. Was het niet aartsbisschop Léonard die zijn Waalse volksgenoten opgeroepen heeft om de Vlamingen eindelijk eens met respect te bejegenen?
Maar waarschijnlijker is dat de Franstaligen moord en brand zouden schreeuwen. Mogelijk leidt dat ertoe dat ze zelf de stekker uit België trekken. Toen ze in de nog unitaire partijen de macht van de Vlamingen voelden toenemen (of in de metaalvakbond, 2006), hebben ze inderdaad zelf de splitsing opgelegd. Maar in het voorgestelde scenario zal het geschreeuw van die aard zijn dat de Vlamingen zelf wel zullen terugkrabbelen vooraleer België de kans krijgt om uiteen te vallen. De Vlamingen zijn gewoon niet hard genoeg om de wereldwijde verontwaardiging te trotseren die de Franstaligen met praatjes over “genocide” zouden ontketenen. Ze zouden er om te beginnen al nooit toe overgaan, hun “Waalse vrienden” met zulke taalwettige stipheidsactie te pesten. Ze zijn daar niet toe gemotiveerd, want ze hebben gewoon niet de hoeveelheid haat in huis die Le Soir wel dagelijks tegen henzelf uit de kast haalt.
En maar best ook. Haat is een slecht beginpunt voor iets goeds, ook al geeft het een enorme kracht, zie de ongenaakbare hardheid waarmee links de schutkring tegen rechts volhoudt, of waarmee de Franstaligen op de federale loyauteit blijven spuwen. Maar het resultaat van onze goedigheid is: Vlaanderen heeft niet wat er nodig is om de splitsing van België af te dwingen. Dat feit moet je gewoon vaststellen. Als die splitsing er komt, zal ze niet het gevolg zijn van een vernuftige Vlaamse strategie, alleen van de onmogelijkheid om nog tot een federaal akkoord te komen.
Labels: belgicisme, Claes Lode, grendelgrondwet, separatisme, unitair België
3 Comments:
@ Dr. Elst
Een ongelooflijk klare en vlijmscherpe juiste analyse.
Leve Republiek Vlaanderen!
Helder verhaal. Waarom geen truc toegepast uit het nabije buitenland? Wat op federaal niveau misschien niet mogelijk is, moet op gemeentelijk niveau toch wel kunnen? In Nederland is de gemeentelijke herindeling een beproefd middel om nieuwe politieke verhoudingen te scheppen. Kan dat wellicht ook in Vlaams Brabant?
Een reactie posten
<< Home