24 juni 2009

Toch drie verstandige economen in Europa (Vincent De Roeck)

Vorige zomer had ik het genoegen om in Georgië enkele lessen macro-economie te krijgen van Simeon Djankov, de hoofdeconoom bij de Wereldbank verantwoordelijk voor de “Doing Business Index”. Na tien dagen samen doorgebracht te hebben als enige buitenlanders in een afgeschermd luxeresort tijdens de Russisch-Georgische oorlog, kan ik hem als goede kennis of zelfs als vriend beschouwen. Op mijn vele tripjes naar Bulgarije voor Libertas van de laatste maanden zag ik ook de kans schoon om hem daar eens op te zoeken. Hij was door zijn overheid naar Sofia gesommeerd om hen advies te komen geven over de aanpak van de economische crisis. De zakenkrant “Sofia Echo” gaf hem ook een forum om zijn ideeën te ventileren. En Djankov maakte mijn verwachtingen waar. Hij weigerde mee te huilen met de wolven in het bos en presenteerde een uitgebreid “plan-of-action” aan zijn regering, bestaande uit een drastische vermindering van de belastingen op arbeid, het privatiseren van alle overblijvende staatsbedrijven en het stoppen van staatsinvesteringen, ook die in infrastructuur, omdat hun effect pas op de lange termijn zichtbaar zou zijn en zij dus in geen enkel opzicht zouden bijdragen aan een verzachting van de huidige crisis. Daarbij bevestigde Djankov ook zijn rotsvast vertrouwen in de private sector, zeker in een land als Bulgarije, om betere en goedkopere infrastructuur te bouwen.

Velen zullen de ideeën van deze econoom radicaal vinden, maar men kan hier niet om de feiten heen. Simeon Djankov is geen gewoon libertarisch hobbyistje dat zijn ideeën vrij kan spuien zonder rekening te houden met de praktische realiteit. Hij is hoofdeconoom bij de Wereldbank, leidt één van de meest prestigieuze indexprojecen in de wereld, en wordt door de gerenommeerde REPEC-ranking als één van de 100 beste economen in de wereld beschouwd. Djankov maakte ook furore als adviseur van superhervormers zoals Kakha Bendukidze in Georgië, Alvaro Uribe in Colombia en (in mindere mate) Vincent Van Quickenborne in België. Deze week kreeg ik een voorpublicatie in mijn mailbox van een nieuwe paper van hem over ontwikkelingshulp. Deze materie is een beetje zijn stokpaardje, en ook al worden zijn bevindingen door NGO’s steevast afgeschoten, toch blijft hij volhouden. Vorig jaar richtte hij zelfs een eigen mini-denktank op om zich over ontwikkelingshulpvraagstukken te buigen. Djankov gelooft in vrijhandel als motor voor ontwikkeling en kant zich scherp tegen elke vorm van ontwikkelingshulp omdat die corruptie bevordert en vooruitgang tegengaat. Het zal niemand verbazen dat ik zulke economen op handen draag, en het kan zeker ook eens geen kwaad moesten de fans van Paul De Grauwe deze Bulgaar eens googlen.

Thomas Geissler is een andere economische baanbreker. Deze bezieler en CEO van de Duitse firma “TG-Golden-Super-Markt” is in de eerste plaats een ondernemer met een neus voor zaken en in de tweede plaats een overtuigd klassiek-liberaal. Geissler verwacht hyperinflatie in Europa en bijgevolg een massale "run-on-gold" als stabiele investering. De laatste maanden zien we ook al een significante stijging van goudtransacties en alle indicatoren geven aan dat deze trend zich de volgende maanden en jaren nog verder zal doorzetten. Geissler lanceerde deze week dan ook een nieuw initiatief: goud-bankautomaten. Gisteren werd de eerste “Gold-to-Go ATM” in het station van Frankfurt ingehuldigd en ook elders in Duitsland, en later in Europa, zullen deze bankautomaten geïntroduceerd worden. Op de dag van de lancering gaf Allianz dit initiatief al een duwtje in de rug door een rapport te publiceren waarin te lezen stond dat elke Duitse portefeuille idealiter 15-20% fysiek goud zou bevatten. De automaten zullen goud verkopen aan 31 EUR (44 USD) per gram, maar de prijs zal natuurlijk dagelijks herbekeken worden. Geissler eert het principe “put your money where your mouth is” en bewijst aan vele criticasters dat ook libertariërs aan hun ideeën iets kunnen winnen. Ik hoop natuurlijk, als voorstander van een goudstandaard, dat hij gelijk krijgt. En ook voor mezelf biedt dit systeem perspectieven omdat ik zo ook zelf zéér eenvoudig goud zal kunnen kopen. Tenslotte ook nog even melden dat de leverancier van het goud onze eigen Umicore is.

De derde in dit rijtje van verstandige economen is de Hongaarse professor Gusztav Bienerth. De huidige voorzitter van de “American Chamber of Commerce” (AmCham) in Hongarije en docent rechtseconomie aan de Eotvos Lorand-universiteit speelde niet enkel enige tijd met de idee om de Libertas-lijst in Hongarije te trekken, vandaar dat ik hem ken, maar geldt in zijn land ook als een autoriteit op het vlak van macroeconomisch beleid. Zijn verleden als directeur van de Hongaarse voetbalbond en zijn lange staat van dienst bij consultingbedrijven als “Ernst & Young” en “PriceWaterhouseCoopers” maken van hem niet enkel een bekend gezicht in Hongarije maar ook de geknipte man om de overheid op vlak van beleid te adviseren. Bienerth is apolitiek, maar economisch wel sterk liberaal georiënteerd. Zo kon hij de laatste jaren zowel socialistische als liberaal-conservatieve excellenties dienen. Toen ik in maart in Budapest was voor een alumniconventie en nadien met deze professor voor het eerst kennis kon maken, bleken zijn ideeën al uitermate sound te zijn. En naarmate de crisis ook in Hongarije erger werd, nam ook de gematigdheid en voorzichtigheid van zijn discours af, zo blijkt althans uit zijn actuele beleidsvoorstellen en uit enkele recente artikels van hem waarop ik mijn hand heb kunnen leggen.

Op de website van de “Budapest Times”, een Engelstalige Hongaarse krant die zich in hoofdzaak focust op een internationaal zakelijk publiek, las ik deze week nog Bienerths reactie op de publicatie van de WCC-index van de Zwitserse IMD-managementschool. Deze index meet de competitiviteitsgraad van alle landen in de wereld. Hongarije eindigde 45ste, zeven plaatsen lager dan vorig jaar, en moest ditmaal alle andere Centraal-Europese en het gros van de Oost-Europese landen laten voorgaan. Bienerth kiest nu voor paardenmiddelen en trekt resoluut de kaart van deregulering, privatisering, corruptiebestrijding, minder overheidsplannen en een drastische reductie van de belastingen en soortgelijke heffingen, ook (vooral!) in deze economisch slechte tijden. De Hongaren zijn misschien nog niet helemaal overtuigd van het gelijk van deze academische duizendpoot en politieke kameleon, maar ik ben dat wel. Crisissen zijn onafwendbaar en recessies zijn broodnodig voor een gezonde economie om zich van haar overtollige vet (de zogenaamde “misallocaties”) te ontdoen. Dit wist Hayek al, en dit weten de drie bovenstaande economen ook maar al te goed. Waarom zouden onze politici dat dan niet inzien? Of onze "economen"?


Meer over de Europese economie op www.universityworld.com.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


8 Comments:

At 24/6/09 13:33, Anonymous Johan Terwilghen (op Libertarian.be) said...

De goudprijs aan die automaten bedraagt wel ongeveer het dubbele van wat goudstaven op Zwitserse veilingen kosten.

 
At 24/6/09 13:33, Anonymous Joris Verdonk (op Libertarian.be) said...

Johan, ik had in de krant vandaag gelezen dat het goud uit de machines 20 % goedkoper zou zijn dan dat elders... Waar haal jij die stelling vandaan?

 
At 24/6/09 13:34, Anonymous Johan Terwilghen (op Libertarian.be) said...

Op de website van "Market Intelligence" kwam ik in een artikel deze informatie tegen.

"Two one-kilogram gold bars from Switzerland and Russia are expected to generate bids of $28,000 to $30,000 (£18,370 to £19,690) during Pook & Pook's Variety Auction later this month."

28,000 USD voor 2,000 gram goud = 14 USD per gram, oftewel 30 USD minder dan de goudprijs per gram in die machines...

 
At 24/6/09 13:34, Anonymous Geert Van Nauwelaerts (op Libertarian.be) said...

@ Johan en Joris

Je kon ook gewoon op de website van De Tijd kijken voor de juiste goudprijs van vandaag. Die klokte af op 920 USD per ons, of omgerekend 29,5 USD per gram. Hoger dus dan die twee aangeboden staven, maar nog steeds 14,5 USD goedkoper dan het goud in de machines.

Met wat die Geissler vergelijkt om zijn 20%-korting te verklaren, weet ik niet, maar mij lijkt dat dus larie en apekool... Het idee van de automaten zelf ben ik anders natuurlijk wel genegen.

Daarbij heeft Geissler misschien ook de transactiekosten in rekening genomen die bij de normale handel in goud horen. Kleinere goudhoeveelheden zijn altijd duurder dan grotere. Plus bij gewone goudtransacties komen heel wat kosten kijken. De opslag van het goud is daarin trouwens nog de kleinste kost.

 
At 24/6/09 14:19, Anonymous Thomas said...

Ik had ergens ooit gelezen dat het normaal is dat de ultra-vrijemarktideologie nog steeds bestaat in ontwikkelende landen en niet meer in ontwikkelde landen. Matiging en 'socialisering' zouden nu éénmaal inherent zijn aan welvarende landen. Zelfs de VS kunnen we met haar beslag van 35% moeilijk een economisch vrij land noemen.

 
At 24/6/09 14:44, Anonymous Anoniem said...

Dat wordt ook wel de "paradox van Schumpeter" genoemd, dacht ik, en heeft te maken met een ontspoorde decadent geworden middenklasse die de economische reden van haar welvaart vergeten is.

 
At 24/6/09 17:15, Anonymous traveller said...

1 kg gold bars die aan de helft van de LME prijs aangeboden worden?
Vlug weglopen van dat klatergoud.

 
At 24/6/09 17:55, Blogger Vincent De Roeck said...

@ Thomas

In dat opzicht is er ook een interessante paper van Joshua Hall (zie link) over internationale arbeidsregels en economische welvaart. Volgens zijn historisch-economische analyse ontstaan socialistische maatregelen niet door politiek-maatschappelijk activisme maar gewoon spontaan als bijproduct van welvaart.

@ Anoniem

Persoonlijk ben ik ook een enorme fan van die Schumpeterparadox. Het is toch gewoon zalig om linkse militanten te kunnen uitmaken voor decadent middenklassetuig... en om daarvoor een wetenschappelijk-sociologische argumentatie te hebben ;-)

 

Een reactie posten

<< Home

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>