Monopolies bestrijden is een economische farce (Vincent De Roeck)
Economen uit de neo-klassieke traditie beschouwen de aanpak van marktfalen doorgaans als een kerntaak voor de overheid. Anderen die graag tegen de Oostenrijkse School aanschurken, erkennen het begrip “marktfalen” niet en zien dan ook geen reden om overheidsbemoeienis in de economie te dulden, laat staan te rechtvaardigen. Een vaak aangehaald voorbeeld in dat opzicht is het monopolie en de drang van overheden, zowel nationale als Europese, om monopolies tegen te gaan, en dit ofwel door de vorming ervan te vermijden via een strikt wetgevend kader rond trustvorming, ofwel door de bestrijding achteraf via het opbreken van monopoliebedrijven. Vele liberalen steunen deze aanpak zelfs, zoals de Nederlandse Eurocommissaris Neelie Kroes, ook al staat deze praktijk in wezen haaks op de economische realiteit. In een vrijemarktsituatie ontstaan monopolies spontaan en verdwijnen ze na enige tijd ook spontaan. Enkel in een overheidssituatie waarbij bedrijven via vergunningen of exclusieve staatsprivileges een monopoliepositie verkrijgen, is de continuïteit van het monopolie, los van innovatie of vernieuwing, gewaarborgd. Opnieuw is de overheid hier dus de oorzaak van het probleem, niet de oplossing.
De Oostenrijkse School, bekend van wereldvermaande economen als Friedrich von Hayek en Ludwig von Mises, heeft de praxeologie omarmd: de studie van het menselijk gedrag los van statische modellen en geaggregeerde grafieken. Zij gaan bijvoorbeeld op vlak van concurrentie uit van een dynamiek die verder reikt dan de traditionele substitutenleer. Volgens de Oostenrijkse School is geen enkele consumptie immers vaststaand of constant, en concurreren in werkelijkheid alle producten met alle producten op de markt. Nutella-chocoladepasta concurreert niet enkel met Kwatta, maar ook met confituren, en zelfs met niet-voedingsgerelateerde producten. Een Volvo-auto concurreert niet enkel met een Audi, of met een treinabonnement, maar ook met een reis naar de Verenigde Staten of een nieuwe veranda. De budgetbeperking is constant, maar de wijze waarop we het budget willen besteden is dat niet. Deze dynamiek is niet te vatten in neoklassieke modellen en net daardoor gaan vele traditionele economen hieraan voorbij. En zeker op vlak van monopolies is deze praxeologische kijk op de dingen zéér relevant, want hieruit blijkt immers onomstotelijk dat stabiele monopolies in een vrijemarktsituatie onbestaande zijn.
Een bedrijf dat 100% van de cola-markt in handen heeft, moet immers nog steeds strijd leveren met de producenten van andere dranken - en met die van alle andere producten op de markt - voor de voorkeur van de consumenten. Enkel in een abstract theoretisch voorbeeld waarbij één bedrijf al het voedsel in de wereld zou bezitten, of al het water, omdat de consumptie van deze goederen nu eenmaal noodzakelijk is voor het overleven van de mens, zou dit monopolie inderdaad stabiel en persistent zijn. Maar deze situatie heeft zich in de échte wereld nog nooit voorgedaan, zelfs niet eens bijna, en zal zich ook in de toekomst nooit voordoen, tenzij dan in de hypothesemodellen van keynesiaanse en neo-klassieke economen. En zelfs wanneer deze onwaarschijnlijkste onwaarschijnlijkheid zou gebeuren, dan nog heeft elke mens, en ik herneem hier de letterlijke woorden van professor Paul Cwik van Mount Olive College (North Carolina) op de 2008-editie van de Freedom University van de New Yorkse Foundation for Economic Education, de vrije keuze om te sterven. Cwiks vader besliste immers om zijn experimentele kankerbehandeling stop te zetten omdat het dagelijkse gebruik van peperdure medicijnen het gezin dreigde te bankroeten. Cwiks vader maakte de vrije keuze tussen enkele weken langer leven en een failliet gezin achterlaten. Los van het zwartgallige aan dit voorbeeld, is de eindconclusie duidelijk: de markt faalde ook in deze situatie niet.
In een vrijemarktsituatie ontstaat een monopolie telkens één bedrijf via innovatie of technologische vernieuwing een product kan maken of een dienst kan leveren die zich zo duidelijk van de andere producenten of leveranciers op de markt onderscheidt en de concurrenten zodanig overtreft, dat het die tegenspelers uit de markt kegelt. Op zich is daar niets mis mee, omdat de consumenten hiermee gediend zijn en omdat de economie hier als geheel beter van wordt. Innovatie en “creative destruction” zijn de motoren van onze welvaart, en vaak dragen dit soort spontane monopolies daartoe bij, net omdat ze de andere spelers op de markt dwingen ook zelf te innoveren en te vernieuwen. Succesformules kunnen zo worden bewerkt en overgenomen, en fouten kunnen uit de markt worden weggezuiverd. En ook het monopoliebedrijf heeft vanzelfsprekend baat bij een adequate prijszetting voor haar producten, en dit niet enkel omdat de consumenten steeds de keuze blijven hebben iets anders in de plaats te kopen, maar ook omdat megaprijzen en woekerwinsten de beste incentives zijn voor derde partijen om zich op deze markt te focussen, wat het monopolie zal afbreken en de prijs terug naar het markteconomisch equilibrium zal brengen.
Enkel indien het bedrijf zelf voortdurend blijft innoveren en vernieuwen, kan het zijn positie handhaven, maar dan is de consument ook zelf beter af want dan is dat bedrijf de beste producent of leverancier op de markt. Dit alles bewijst in mijn ogen dan ook dat vrijemarktmonopolies, i.t.t. staatsmonopolies, niet nefast zijn voor de consumenten of de samenleving, en dat de bestrijding ervan een economische farce is. Als de beleidsmakers in Brussel in de toekomst toch maar eens een econoom zouden willen raadplegen in plaats van louter af te gaan op hun buikgevoel en zich te laten leiden door manifestatiedrang en economisch populisme. Het zou de economie en de samenleving alleen maar ten goede komen. Maar ja, het volk krijgt de leiders die het verdient, zeker.
Meer over de linkse monopoliemythe op www.meervrijheid.nl.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.
De Oostenrijkse School, bekend van wereldvermaande economen als Friedrich von Hayek en Ludwig von Mises, heeft de praxeologie omarmd: de studie van het menselijk gedrag los van statische modellen en geaggregeerde grafieken. Zij gaan bijvoorbeeld op vlak van concurrentie uit van een dynamiek die verder reikt dan de traditionele substitutenleer. Volgens de Oostenrijkse School is geen enkele consumptie immers vaststaand of constant, en concurreren in werkelijkheid alle producten met alle producten op de markt. Nutella-chocoladepasta concurreert niet enkel met Kwatta, maar ook met confituren, en zelfs met niet-voedingsgerelateerde producten. Een Volvo-auto concurreert niet enkel met een Audi, of met een treinabonnement, maar ook met een reis naar de Verenigde Staten of een nieuwe veranda. De budgetbeperking is constant, maar de wijze waarop we het budget willen besteden is dat niet. Deze dynamiek is niet te vatten in neoklassieke modellen en net daardoor gaan vele traditionele economen hieraan voorbij. En zeker op vlak van monopolies is deze praxeologische kijk op de dingen zéér relevant, want hieruit blijkt immers onomstotelijk dat stabiele monopolies in een vrijemarktsituatie onbestaande zijn.
Een bedrijf dat 100% van de cola-markt in handen heeft, moet immers nog steeds strijd leveren met de producenten van andere dranken - en met die van alle andere producten op de markt - voor de voorkeur van de consumenten. Enkel in een abstract theoretisch voorbeeld waarbij één bedrijf al het voedsel in de wereld zou bezitten, of al het water, omdat de consumptie van deze goederen nu eenmaal noodzakelijk is voor het overleven van de mens, zou dit monopolie inderdaad stabiel en persistent zijn. Maar deze situatie heeft zich in de échte wereld nog nooit voorgedaan, zelfs niet eens bijna, en zal zich ook in de toekomst nooit voordoen, tenzij dan in de hypothesemodellen van keynesiaanse en neo-klassieke economen. En zelfs wanneer deze onwaarschijnlijkste onwaarschijnlijkheid zou gebeuren, dan nog heeft elke mens, en ik herneem hier de letterlijke woorden van professor Paul Cwik van Mount Olive College (North Carolina) op de 2008-editie van de Freedom University van de New Yorkse Foundation for Economic Education, de vrije keuze om te sterven. Cwiks vader besliste immers om zijn experimentele kankerbehandeling stop te zetten omdat het dagelijkse gebruik van peperdure medicijnen het gezin dreigde te bankroeten. Cwiks vader maakte de vrije keuze tussen enkele weken langer leven en een failliet gezin achterlaten. Los van het zwartgallige aan dit voorbeeld, is de eindconclusie duidelijk: de markt faalde ook in deze situatie niet.
In een vrijemarktsituatie ontstaat een monopolie telkens één bedrijf via innovatie of technologische vernieuwing een product kan maken of een dienst kan leveren die zich zo duidelijk van de andere producenten of leveranciers op de markt onderscheidt en de concurrenten zodanig overtreft, dat het die tegenspelers uit de markt kegelt. Op zich is daar niets mis mee, omdat de consumenten hiermee gediend zijn en omdat de economie hier als geheel beter van wordt. Innovatie en “creative destruction” zijn de motoren van onze welvaart, en vaak dragen dit soort spontane monopolies daartoe bij, net omdat ze de andere spelers op de markt dwingen ook zelf te innoveren en te vernieuwen. Succesformules kunnen zo worden bewerkt en overgenomen, en fouten kunnen uit de markt worden weggezuiverd. En ook het monopoliebedrijf heeft vanzelfsprekend baat bij een adequate prijszetting voor haar producten, en dit niet enkel omdat de consumenten steeds de keuze blijven hebben iets anders in de plaats te kopen, maar ook omdat megaprijzen en woekerwinsten de beste incentives zijn voor derde partijen om zich op deze markt te focussen, wat het monopolie zal afbreken en de prijs terug naar het markteconomisch equilibrium zal brengen.
Enkel indien het bedrijf zelf voortdurend blijft innoveren en vernieuwen, kan het zijn positie handhaven, maar dan is de consument ook zelf beter af want dan is dat bedrijf de beste producent of leverancier op de markt. Dit alles bewijst in mijn ogen dan ook dat vrijemarktmonopolies, i.t.t. staatsmonopolies, niet nefast zijn voor de consumenten of de samenleving, en dat de bestrijding ervan een economische farce is. Als de beleidsmakers in Brussel in de toekomst toch maar eens een econoom zouden willen raadplegen in plaats van louter af te gaan op hun buikgevoel en zich te laten leiden door manifestatiedrang en economisch populisme. Het zou de economie en de samenleving alleen maar ten goede komen. Maar ja, het volk krijgt de leiders die het verdient, zeker.
Meer over de linkse monopoliemythe op www.meervrijheid.nl.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.
21 Comments:
Een eerste toemaatje
Een bijkomend probleem stelt zich echter wanneer het strikt genomen wel om een vrijemarktsituatie gaat maar wanneer deze haar oorsprong vindt in een overheidsbeslissing. Ik doel hier op de energiesituatie in België of de BAA-hetze in het Verenigd Koninkrijk. Electrabel is vandaag een privaat bedrijf en de elektricteitsmarkt is vrijgemaakt, maar de kopers van Electrabel hebben kosteloos afgeschreven nucleaire centrales verkregen, én daarboven verbiedt de overheid de concurrenten om nieuwe kerncentrales bij te bouwen. In dat geval ben ik wel te vinden voor opsplitsing omdat het dan in wezen om staatsmonopolies in plaats van om vrijemarktmonopolies gaat, ook al is dat strikt formalistisch genomen misschien niet juist.
Van hetzelfde laken een broek in het Verenigd Koninkrijk waar de parlementscommissie enkele weken geleden BAA, de onder Margaret Thatcher geprivatiseerde uitbater en eigenaar van alle Britse luchthavens, dwong om drie van haar zeven operationele luchthavens te verkopen. BAA is ook een soort Electrabel want ook de overnemers van de “British Airport Authority” kregen bij de privatisering een bonusje cadeau van de Britse overheid, namelijk de eigendomsrechten van de assets. Bijgevolg steun ik deze beslissing van de Britse overheid, opnieuw omdat het niet gaat om een échte vrijemarktsituatie. En ook hier verbiedt de Britse overheid de bouw van nieuwe vliegvelden aan geïnteresseerde derden.
En dan ook nog dit, om het af te leren
In de Knack van deze week gaf Ivan Van De Cloot, de hoofdeconoom van het Brusselse “Itinera Institute” zijn ziel bloot over de economische neergang in Europa als gevolg van het uiteenspatten van de huizenbubbel en de daaropvolgende kredietcrunch. Nog maar zelden heb ik iemand in een gerenommeerde mediapublicatie zo duidelijk de pleister op de wonde weten leggen. “Samengevat: Amerikanen zijn echte kapitalisten. Als hun economie niet draait, dalen de lonen, waardoor de economie zich opnieuw op gang trekt zonder een sterk oplopende werkloosheid. In Europa worden de lonen ondanks de inkrimpende economie toch geïndexeerd. Gevolg: we prijzen ons uit de markt.”
monopolies ontstaan in een vrije markt nog wel eens op andere manieren dan door technologische innovatie (en bijhorende bescherming van de intellectuele rechten) hoor Vincent.
Finaal is het natuurlijk zo dat allocatie van productiefactoren het optimaalst via de markt gebeurt. Ik deel uw doctrinair geloof in die vrije markt evenwel niet en al zeker niet als het model toegepast wordt op sociale relaties zoals je nogal morbide beschrijft. Overigens, gaat dit over vrije markt, of over een natuurlijke drang om te overleven -in meerdere generaties. Iets om over na te denken.
Monopolies die spontaan ontstaan. Kan zijn.
Monopolies die spontaan verdwijnen?
Gebeurt alleen bij Monopolie.
Je haalde zelf al cola aan. Misschien dat je eens zou kunnen kijken hoe Coca Cola de monopoliepositie in sommige regoi's weet te behouden.
In ieder geval weinig spontaan.
Hey toffe anonieme:
Waar heeft Coca-cola een monopolie? En hoe definieer je de markt waarbinnen ze een monopolie hebben? De markt van coca-cola? Is dat slecht? Mensen kunnen toch water kopen, of 7-Up, of welk ander drankje ook? Coca-cola heeft nergens anders een monopolie dan op de markt die ze zelf hebben doen ontstaan, die van coca-cola. Niets mis mee dus.
En dan nog iets ter verduidelijking van Vincents tekst (althans dat denk ik toch...)
Het 'zwartgallige' voorbeeld van Cwiks vader affirmeert inderdaad dat 'de markt niet faalde', maar om dit te kunnen begrijpen (en de reacties op de vele blogs en fora waar dit artikel op verschenen is, bewijzen dat de gewone mensen dat niet snappen) moet je 'markt' definiëren als 'keuzevrijheid'. Puur economisch is dat de beste definitie, maar velen laten zich door linkse krachten verleiden om 'markt' veel breder te gaan definiëren, bvb. via een verwijzing naar de overheid of wat dan ook.
Ook op de weblog van Luc Van Braekel en op De Vrijspreker vinden jullie reacties op deze tribune van mijzelf. Vooral een zekere "Citizen McCain" die verbonden zou zijn met de Lijst Dedecker maakte op LVB.net een aantal zéér terechte opmerkingen.
Citizen McCain:
"Waar iedereen in deze discussiethread kennelijk aan voorbij gaat, is dat Vincent De Roeck zéér duidelijk stelt dat een monopolie op noodzakelijke goederen of diensten zich NOOIT zal voordoen in de echte wereld maar enkel in de modellen van keynesianen en neo-classici. Hij haalt het voorbeeld van Cwik aan in subsidiaire orde: moest het zich toch voordoen, dan moeten we de dood gewoon als een keuze beschouwen. De kern van zijn betoog is niet het verheerlijken van Cwiks situatie, maar de stelling dat monopolies van die aard nooit bestaan hebben en ook nooit zullen bestaan."
A.Rouet:
"'de vrije keuze om te sterven' en 'de markt faalde ook in deze situatie niet.' Zelden een "mooiere" aanklacht tegen het ongebreideld kapitalisme gelezen dan de "zelfmoord" van de vader van die Cwik. Welk een meedogenloze maatschappij wordt hier geschetst, dat de vader van een professor niet eens over de financiële mogelijkheden beschikt om zijn, weliswaar dure, medicatie te betalen. Schrijnend toch dat het gezin Cwik dreigde failliet te gaan omwille van de kankerbehandeling van de vader? En dat deze laatste dan maar voor de dood koos. It's a cruel world over there. Dat tragische lot is de familie van Vincent De Roeck, ik neem aan dat de man in België woont, werkt en bijdragen betaalt, gelukkig niet beschoren. De solidariteit van ons gezondheidssysteem zorgt ervoor dat 'enkele weken langer leven' niet een failliet gezin voor gevolg heeft. En zeggen dat sommigen dat schijnen te betreuren, hoe ziek kan men zijn? Gratis prozac voor hen!"
Citizen McCain:
"Uw slag begrijpt de samenleving onvoldoende en zou dus een goede PVDA-politicus zijn. U pretendeert "sociaal" te zijn, maar bent eigenlijk een egoïst. U wil mensen "gratis" medicijnen geven, maar wil die niet zelf betalen. U wil anderen in de samenleving dwingen om dat te doen via de cryptocommunistische herverdelingsmechanismen van de welvaartsstaat. Als u vindt dat Cwiks vader dat medicijn moet kunnen nemen, is dat uw goed recht, en dan kan u dat voor hem betalen of een liefdadigheidsinstelling oprichten om hem dat te bezorgen..."
Doordenker:
"Monopolies kunnen mi in bepaalde omstandigheden wel een probleem vormen. Het is niet omdat er nog nooit een wereldmonopolie geweest is over water dat er nergens geen lokaal monopolie geweest is. Als de omstandigheden maar genoeg geïsoleerd zijn kan men dan spreken over een lokaal wereldmonopolie en deze zijn er mi wel al voldoende geweest..."
Citizen McCain:
"U bent geïndoctrineerd door de linkse kerk en heeft een statisch wereldbeeld. In een vrijemarktsituatie is handel open en vrij, en zijn zelfs nefaste lokale monopolies onbestaande, omdat van overal elders goederen ingevoerd kunnen worden. De "voldoende" voorbeelden die u aanhaalt (als ze zich al effectief ooit voorgedaan hebben) situeren zich enkel in autarkische economieën of gesloten samenlevingen. En daar ging Vincent De Roecks artikel nu net niet over."
Naast LVB.net en Vrijspreker.nl kan je ook nog commentaren over en reacties op deze tekst terugvinden via onderstaande weblinks.
http://lvsvleuven.be/forum/viewtopic.php?t=2514
http://workforall.net/Monopolies_bestrijden_is_een_economische_Farce.html
http://vincentderoeck.blogspot.com/2008/09/monopolies-bestrijden-is-een.html
http://www.meervrijheid.nl/index.php?pagina=1982
Joris,
Als er met het monopolie van Coca-Cola niets mis is, kan ik alleen maar zeggen: slaap rustig verder.
@ laatste anonieme:
Kan u die stelling ook onderbouwen met een voorbeeld of parroteert u liever gewoon wat links u allemaal voorliegt op vlak van socio-economie? Waar heeft coca-cola een onoverkomelijk monopolie als ik vragen mag?
@evelyne
In Mexico in 2005 werd coca-cola veroordeeld tot een boete van 68 miljoen dollar. Een zgn anti-monopoly fine. De zaak Raquel Chavez tegen coca-cola.Die vrouw werd herhaaldelijk onder druk gezet door coca-cola om geen concurrerend merk te verkopen, en won haar zaak.
@ Anoniem
1) U spreekt uzelf tegen. Als er een rechtszaak was in Mexico die geleidt heeft tot een veroordeling (van wie?, van bepaalde individuen?) wegens concurrentievervalsing dan bevestigt dat enkel dat Coca Cola in Mexico geen echt (in de zin van 'enforcable') monopolie heeft.
2) Coca Cola is een drank, en dan nog wel een drank die totaal niet 'noodzakelijk' is, i.e. een drank die men -redelijk bekeken -niet moet (of hoeft te) kopen. Het kan dan ook nooit een echte monopoliepositie inhouden.
3) Ik weet niets af over uw rechtszaak in Mexico. Maar, in het algemeen mogen we wel zeggen dat Mexico nog geen echte rechtstaat is. Dezelfde partij (PRI) heeft er bijna een eeuw de politieke macht gemonopoliseerd, zodat de verstrengeling van business/regering/gerecht wel zeer corruptie-bevorderend is geweest voor lange tijd. Het is nog maar enkele jaren geleden dat er een echte 'machtswisseling' heeft plaats gegrepen, en er zijn nog maar 2 algemene verkiezingen geweest sinds de PRI haar politieke machtsmonopolie heeft verloren. Ik zou dus juridische "veroordelingen" in Mexico voorlopig nog voor een tijdje met een grote korrel zout nemen. Trouwens, u zult misschien ook wel weten dat de huidige Mexicaanse regering op dit moment in een medogenloze en gewelddadige strijd gewikkeld zit met zeer machtige drug cartels.
4) Elk bedrijf of elke business probeert van competitie te 'vermijden' en van een oligopolische of een monopolische positie op een markt te bekomen. Of de betrokken personen daar in zullen slagen, of niet, hangt af van de betrokken overheid. Dus dat gaat bepaald worden door het morele (incorruptable) gehalte van de betrokken politiekers, ambtenaren en 'rechters'. Kortom, de graad van competitie tussen frisdranken op de Mexicaanse markt heeft weinig of niets te maken met de management van Coca Cola in Atlanta. Die beoordelen hun 'managers' in Mexico City op basis van hun winstcijfers, niet op basis van de markstructuren in Mexico noch de graad van 'democratische' rechtszekerheid in andere landen. Dat neemt niet weg dat ze er wel best aandoen van hun 'reputatie' zo min mogelijk te schaden, want dat kan op termijn wel de winstcijfers negatief beinvloeden. Het is altijd moeilijk van een bedrijfsleider te zijn, en nog veel moeilijker in landen met weinig rechtszekerheid en met 'onvoorspelbaar' of arbitrair gedrag van politieke overheden.
@marc huybrechts
gewoon op google intypen: rachel chavez versus coca-cola, en je vindt het uitvoerig verslag.
@ anonieme rachel chavez
Wanneer ik 'rachel chavez versus coca cola' intyp dan krijg ik 22.400 'resultaten' of 'antwoorden'. Hoeveel daaronder, denkt u, zijn geloofbaar? Daar ga ik echt geen tijd aan verspillen.
Het ligt toch voor de hand dat er veel meer rommel op het internet staat dan serieuse en betrouwbare informatie. Het internet doet meer kwaad dan goed, tenzij men voorafgaand over een 'ontwikkeld oordelingsvermogen' beschikt.
Coca Cola heeft geen echt monopolie op de Mexicaanse markt. In Mexicaanse supermarkten kan men allerlei 'frisdranken' vinden. En als Coca Cola wel ergens een monopolie zou bezitten dan is dat 'slecht', en dan is dat primair de schuld van de betrokken overheid.
En als ene Rachel Chavez ergens 'onrecht' werd aangedaan, dan hoop ik dat er gerechtigheid is geschied in de betreffende rechtbank.
Er bestaat een groot verschil tussen:
- monopolie
- dominante marktpositie
- misbruik van dominante marktpositie
De kwestie in Mexico waarnaar verwezen wordt gaat over (al dan niet vermeend) misbruik van een dominante marktpositie.
Als een leverancier aan een winkelier zegt: "stop met producten van onze concurrent te verkopen, of we je leveren jou onze waren niet meer", dan neemt die leverancier ook een groot risico. De winkelier kan namelijk antwoorden: OK, dan hoef je mij niets meer te leveren. Alleen als de leverancier een product heeft waarvan de merknaam of de kwaliteit zo gegeerd is (en dat ligt aan de klanten!) dat de winkelier het zich niet kan veroorloven dat specifieke merk uit de rekken te halen, zal de winkelier toegeven.
Als concurrerende colamerken goedkoper zijn dan Coca Cola, waarom kunnen winkeliers het zich dan niet veroorloven om ENKEL die concurrerende merken te verkopen en GEEN Coca Cola te verkopen? Omdat veel klanten per se Coca Cola willen en geen ander merkt.
Het enige echte monopolie inzake coladranken dat ik mij herinner bestond in de Sovjetunie, waar je alleen Pepsi Cola kon krijgen en geen Coca Cola. Dat monopolie was het gevolg van een akkoord tussen Nixon (ooit advocaat in dienst van Pepsi Cola) en Breznjev over de bouw van Pepsi-fabrieken in de USSR.
Gevaarlijke redenering van die "anonieme": als de wet iets verbiedt, is hetgeen verboden is slecht (in casu het "monopolie"). Was hij ook tegen het jodendom toen dat door wetten verboden werd?
Godwin's Law, Hans...
Een zéér terechte opmerking, Hans. Vincent ging in zijn tekst ook inderdaad niet uit van de 'wettige' kijk op monopolies maar van de 'economische' kijk op dat fenomeen, of net dat onbestaande fenomeen...
De wet verbiedt hate-speech, het opzettelijk in een negatief daglicht stellen van minderheidsgroepen....is die wet daarvoor goed? Het is toch veel gezelliger als we eens lekker op moslims en homo's kunnen schelden, ja toch!
U neemt me de woorden uit de mond, anonieme!
Umberto Ecco schreef ooit dat een gek gewoonlijk binnen het half uur begint over aliens of rozenkruisers, Rennes-le-château of andere alchemie. In het politieke debat doet zich hetzelfde voor: de zwakste schakel begint over Hitler en Jodenwetten omdat hij voor de rest geen argumenten meer heeft....Godwin's Law indeed!
Een reactie posten
<< Home