28 december 2007

In the red light district (victa placet mihi causa)

.
De dag voor Kerstmis heeft zekere Tine Peeters van De Morgen honteuze gevoelens in mij wakker gemaakt. Tot 24 december wist ik van het bestaan van Tine niet af, en eigenlijk weet ik nog niets van haar, behalve dan dat zij die dag een artikeltje begon met een argeloze, alreine, angelieke aanhef: “Het zijn niet altijd de beste vrienden, de pers en de politiek, maar gisteren verbroederden ze samen in het parlement […]”.

Na lectuur van deze kerstgedachte meende ik in een eerste opwelling mijn boertige poot op Tines blanke boezem te moeten leggen. Ik weet het, niemand wil er getuige van zijn als kinderlijke onschuld geschonden wordt, maar om met van Ostaijen te spreken, vooruit dan maar zonder supporters!

Of laten wij misschien de beschreven gemoedstoestand eerst in een breder kader plaatsen.
Er is hier al meermaals gesproken over marskramers zoals de bekroonde Vandermeersch van De Standaard, en dan niet omdat die jongen niet kan schrijven – dat weet iedereen – maar wel omdat die man in zijn driekleurig kraam zich te vaak laat bewonderen met te weinig ondergoed aan.
Begrijp mij goed: ik ben voorstander van de legalisering van zijn handel. Het is misschien niet altijd makkelijk om in kwesties als deze rechtlijnig te blijven, maar het blijft mijn vaste overtuiging dat ook iemand als Vandermeersch zijn stiel in treffelijke omstandigheden moet kunnen bedrijven.
Zulke zaken zijn ook niet tegen te houden. Zonder markt zouden er geen marketeers zijn. En wie zijn wij om te oordelen? Wat weten wij hoe zo’n jongen zo ver is gekomen? Voor hetzelfde geld stonden wij op zijn plekje, denk daar eens aan.*

Met Tine ligt het anders. Jong en naïef vertoont ze nog een zekere gêne bij het uitoefenen van het beroep. Sunt denique fines, en zij heeft nog besef van zekere grenzen, ook al zou zij heel zeker een pak meer kunnen verdienen, bijvoorbeeld met het ontvangen van gehandicapten zoals die spraakgebrekkige Landuyt, die met het vettige voorstel op haar afkwam om het eens al rechtstaande te doen:

[…] rond de kerstboodschap van Kamervoorzitter Herman Van Rompuy. Die vroeg een daverend applaus voor "de eveneens vermoeide pers", wat ervoor zorgde dat de het hele halfrond zich klappend naar de perstribunes richtte. Uittredend minister Renaat Landuyt (sp.a) probeerde zelfs even om de journalisten het applaus al staand in ontvangst te doen nemen, maar dat vonden we toch net iets te ver gaan.

Ik trek mijn smerige poot terug, en verwijs Tine naar Payoke.
________________

* Il s'en fallait de peu, mon cher,
Que cett' putain ne fût ta mère,
met de woorden van de onsterfelijke Brassens.

Labels: , , , ,

Read more...

26 december 2007

Vlaanderen te klein ?

Over het deugen van kleine naties is er de jongste jaren heel wat wetenschappelijk onderzoek verricht, waarvan de positieve resultaten druppelsgewijs ook in de media kwamen (denk aan Alberto Alesina en Enrico Spolaore, The size of nations; zie ook het recente stuk van Gideon Rachman in de Financial Times van 4 december 2007). Die deugden hangen overigens ook samen met het juiste dan wel verkeerde gebruik van de term diversiteit: diversiteit is immers een rijkdom als het complementariteit betekent en een verarming als het vertrouwen en dus sociaal kapitaal verzwakt. Ik zal daar te gelegener tijd nog wel wat meer over schrijven. Maar bij mijn lectuur herontdekte ik de zoals omzeggens steeds treffende analyse van Aristoteles, meer bepaald in zijn Politika, VII-4, 3-5.

Ik citeer uit de Engelse vertaling van Benjamin Jowett (op http://classics.mit.edu/Aristotle/politics.html):

"Most persons think that a state in order to be happy ought to be large; but even if they are right, they have no idea what is a large and what a small state. For they judge of the size of the city by the number of the inhabitants; whereas they ought to regard, not their number, but their power. A city too, like an individual, has a work to do; and that city which is best adapted to the fulfillment of its work is to be deemed greatest, in the same sense of the word great in which Hippocrates might be called greater, not as a man, but as a physician, than some one else who was taller And even if we reckon greatness by numbers, we ought not to include everybody, for there must always be in cities a multitude of slaves and sojourners and foreigners; but we should include those only who are members of the state, and who form an essential part of it. The number of the latter is a proof of the greatness of a city; but a city which produces numerous artisans and comparatively few soldiers cannot be great, for a great city is not to be confounded with a populous one. Moreover, experience shows that a very populous city can rarely, if ever, be well governed; since all cities which have a reputation for good government have a limit of population. We may argue on grounds of reason, and the same result will follow. For law is order, and good law is good order; but a very great multitude cannot be orderly: to introduce order into the unlimited is the work of a divine power- of such a power as holds together the universe. Beauty is realized in number and magnitude, and the state which combines magnitude with good order must necessarily be the most beautiful. To the size of states there is a limit, as there is to other things, plants, animals, implements; for none of these retain their natural power when they are too large or too small, but they either wholly lose their nature, or are spoiled. For example, a ship which is only a span long will not be a ship at all, nor a ship a quarter of a mile long; yet there may be a ship of a certain size, either too large or too small, which will still be a ship, but bad for sailing. In like manner a state when composed of too few is not, as a state ought to be, self-sufficing; when of too many, though self-sufficing in all mere necessaries, as a nation may be, it is not a state, being almost incapable of constitutional government. For who can be the general of such a vast multitude, or who the herald, unless he have the voice of a Stentor?"
Read more...

25 december 2007

Zalig Kerstfeest !

Read more...

23 december 2007

De onredelijke eisen van een kunstfilosoof

Estheticus Bart Vandenabeele herhaalt in dS van 22 december ("Di Rupo aan de macht") de francofone mantra dat de N-VA tijdens de regeringsonderhandelingen "onredelijke "Vlaamse" eisen is blijven stellen". Let op de aanhalingstekens. Maar merk vooral op dat Vandenabeele geen enkel voorbeeld geeft om ons ertoe te verleiden zijn waarneming te delen. Dat kan hij ook niet, want die "eisen" die de N-VA zou hebben gesteld zijn helemaal niet onredelijk en bovendien slechts een fractie van wat omzeggens alle Vlaamse partijen in hun verkiezingsprogramma hadden opgenomen bv. dat van CD&V op p. 58) en bijna unaniem in het Vlaams parlement hadden goedgekeurd. Misschien kan de filosoof zelf eens belangeloos een subliem voorstel doen en het interculturele model communiceren waarmee hij het Belgische surrealistische schouwspel wil oplossen in plaats van aan N-VA-bashing te doen.
Read more...

Noyez Joëlle

(Milquet) is de nieuwe vertaling van Zalig Kerstfeest in het Frans voor de Vlamingen ...
Read more...

22 december 2007

De 101 Dalmatiërs

KLIK VOOR VERGROTING

De zopas gevormde regering Verhofstadt-III ziet er niet fraai uit. Het is een lappendeken geworden van alles wat niet groen en niet extreem-rechts is. De Vlaamse socialisten kiezen ook voor een vrijbuiterspositie, maar reken maar dat er genoeg afstemming is met de ‘kameraad-internationalen' uit het zuiden. Deze regering is een pleister op een houten been die als enige verdienste heeft dat de teller is gestopt op 192, hetgeen psychologisch een steeds zwaardere druk op het regime legde. De 200 mocht in geen geval bereikt worden, het zou te mooie krantenkoppen opleveren.

Wat deze regering echter zal kunnen uitrichten is nog maar de vraag. De koopkracht verhogen? Een behoorlijke pretentie als je het mij vraagt. Men insinueert immers dat een nationale regering nog vat heeft op de economie die zich transnationaal ontwikkelt, terwijl de belangrijkste instrumenten daartoe, namelijk de monetaire en fiscale politiek, op Europees niveau beslist worden. En zoals Matthias Storme eerder ook al stelde in Doorbraak, is een federale regering eigenlijk niet zo onmisbaar: de bevoegdheden die het dichtst bij de burgers voelbaar zijn zitten op gewestniveau, de rechterlijke tak van ons staatsapparaat kan perfect zonder regering, en de belangrijkste socio-economische taken zitten toch in handen van onze neocorporatistische organisaties zoals daar zijn vakbonden en mutualiteiten.

In de politieke commentaren van Vlaamsgezinde bloggers lees ik de laatste dagen dan ook een soort communautaire angst, zelfs een zeker defaitisme, die ik niet begrijp. Op communautair vlak is met de vorming van deze regering immers nog niets verloren, er zijn nog geen potten gebroken. Meer nog, er is zelfs een nieuw zwaard aan een paardenhaar geknoopt: als tegen 23 maart geen duidelijke communautaire voorstellen op tafel liggen, dan stapt CD&V uit de regering (toespraak Jo Vandeurzen ledencongres do 20 december 2007). Als dat waar is en blijft, dan moét er wel een staatshervorming komen. Dat is haast wiskundig zeker, zelfs al maakt CD&V de bocht van haar leven.

Volgt u even mee. Een federale regering heeft 76 zetels nodig. Stapt CD&V uit deze bonte hondenpels, dan zijn er van die 101 nog 71 vlekjes over, en valt de regering die minstens 76 zetels behoeft. Zwicht de CD&V toch voor een definitieve regeringsdeelname na 23 maart, dan mogen we er redelijkerwijze vanuit gaan dat het kartel barst. Een regering kan dan wel verder gaan, maar dat lijkt bijzonder onwaarschijnlijk. Dat zou in concreto betekenen dat Leterme de 16 voor niets heeft laten staan, toen hij er uitzicht op had. Een fenomenale bocht waarbij de zelfs CD&V, die wel wat gewoon is, in de vangrails belandt. Het mooie is dat 2009 dichter komt en CD&V zich die bocht, moest zij ze nog willen maken, steeds minder kan veroorloven. The point of no return is nu bereikt. Nu is het tijd om te bewijzen wat die “&V” waard is.

In het eventuele geval (pleonasme, ik weet het) dat CD&V nu toch, trotzdem alles, de Vlaamse zaak de rug toekeert, dan nog komt er geen staatshervorming die nadelig kan zijn voor Vlaanderen. Daarvoor zijn immers 100 zetels benodigd, en wat belangrijker is, (minstens!) 45 daarvan moeten aan Vlaamse kant gevonden worden. Laat ons dus even zien wie die gaat leveren, moest er het snode plan bestaan om de Vlamingen een pacificerende staatshervorming light door de strot te rammen. Er zijn 88 Vlaamse zetels, waar meteen al de vijf van N-VA afgaan als mogelijke leveranciers voor een Vlaamse meerderheid. Nog 83 stuks om er 45 in te vinden. Van meet af aan ook geïmmobiliseerd zijn de 17 zetels van het VB. Die stemmen nooit in met een staatshervorming die nadelig is voor Vlaanderen, dat is zeker. Bovendien zou dat een wisselmeerderheid veronderstellen, wat niet zo eenvoudig is met een partij die gevangen zit in het CS. Exit VB dus.

Nog 66 zetels om er 45 uit te halen. Bij de Vlaamse groenen moet men ook niet gaan zoeken, want dat zou het einde betekenen van hun unitaire fractie met Ecolo, een tweede grote onwaarschijnlijkheid. Exit Groen! Nog 62 zetels om er 45 uit te halen. LDD? Nooit. Exit LDD. Nog 57. Er blijven dus nog 12 zetels die op de wip zitten om een meerderheid te leveren voor een staatshervorming die nadelig zou kunnen zijn voor Vlaanderen en nog drie partijen die die zetels zouden kunnen leveren: SP.A-Spirit, Open-VLD, en CD&V.

Stripped to the bone kunnen die inderdaad die 57 zetels leveren, maar dat is toch wel heel onwaarschijnlijk. De OpenVLD, die er een kiesbelofte van maakte in geen geval een tripartite te zullen aangaan, wordt in dat geval in 2009 genadeloos afgemaakt. LDD zit immers te kwijlen op de rechterflank en wordt slapend rijk. Daarnaast is het nog maar de vraag of de socialisten in een staatshervormende meerderheid wil stappen waarin zij de kleinste partij zijn. Bovendien zijn de banden met de PS nog heel sterk. En dan moet nog rekening gehouden worden met de interne conflicten die dat alles zou veroorzaken bij diegenen met een Vlaamse reflex: de spiritisten bij SP.A bijvoorbeeld, maar ook de Vandeurzens en Somersen van deze wereld. Nee, een staatshervorming die nadelig is voor Vlaanderen, of geen staatshervorming, dat is een haast wiskundige onmogelijkheid.

De grondhouding in de komende onderhandelingen moet er dus volgens mij een zijn van voluntarisme. We moeten goed beseffen dat we de Walen in de tang hebben, zelfs al zouden de drie voormelde onwaarschijnlijkheden (split kartel, split Groen-Ecolo fractie, verdwijnen van veto Open-VLD tegen definitieve tripartite) toch werkelijkheid worden. Voor het eerst bevinden we ons in de unieke positie om in diplomatische bewoordingen te zeggen waar het op staat: Franstalige broeders, willen jullie nog een België? Wel, dan zal het een België zijn op onze voorwaarden. “Faites vos jeux, rien ne va plus.”

HLRF !

Smithson.

Read more...

De kruisvaarder tegen de overheid in De Standaard
(Vincent De Roeck)

“Jongeren in heel de wereld lopen storm voor de wat zonderlinge en compleet kansloze Amerikaanse presidentskandidaat Ron Paul,” kopt “De Standaard” vandaag. En deze uitgebreide berichtgeving over “Doctor No” is helemaal geen toeval, maar het gevolg van de contacten die Simon Van Wambeke, één van de oprichters van het Murray Rothbard Institute en al jarenlang een vriend van ondergetekende, deze week met de Vlaamse kranten gezocht heeft. Ook “De Morgen” wijdde afgelopen week al een artikel aan deze Republikeinse presidentskandidaat uit de Verenigde Staten na een gesprek met Simon Van Wambeke. LVSV'er Van Wambeke vond het gebrek aan media-aandacht voor libertariër Ron Paul uit Texas een schande en deed er iets aan. In plaats van op café te zitten afgeven op de journalistiek in Vlaanderen, belde hij de redacties af om hen in te lichten over het Amerikaanse congreslid Ron Paul, en met succes zo blijkt vandaag. Wat volgt, is het volledige artikel dat vandaag in de weekendeditie van De Standaard verschenen is.

Je kan onderstaand artikel ook op de site van De Standaard lezen.

Als het van Simon en zijn vrienden afhangt, wordt Ron Paul de volgende Amerikaanse president. Helaas voor de Republikeinse kandidaat hangt het niet van Simon en zijn vrienden af. Buitenlanders hebben nu eenmaal geen stemrecht in de Verenigde Staten. En Simon Van Wambeke en zijn vrienden zijn Belgen. Paul is een fenomeen, en een vreemdsoortig fenomeen op de koop toe. Geen enkele compleet kansloze presidentskandidaat kan op zoveel steun uit het buitenland rekenen: in heel de wereld zijn er Ron Paul-fanclubs. Ook in België, de “Belgians for Ron Paul”. Overwegend jong volk, dat elkaar op het internet tegenkomt. Wat trekt een jonge Vlaming in hemelsnaam aan in een 72-jarige Texaan? “Zijn boodschap”, zegt Simon Van Wambeke, een 22-jarige student Geneeskunde aan de KU Leuven.
Paul brengt een totaal andere boodschap. Hij is een libertariër. En mijn interesse voor Paul is gegroeid vanuit mijn belangstelling voor die politiek-economische filosofie. Ik heb hem leren kennen via het werk van Murray Rothbard en het Ludwig von Mises Institute. Dus in feite door te lezen over de fouten van de overheid.
Als president zou Paul de overheid drastisch afslanken, de Amerikaanse troepen meteen terugtrekken uit Irak, de inkomstenbelastingen en de centrale bank afschaffen, de goudstandaard weer invoeren en de CIA opdoeken. “Hij wil terug naar de geest van de Amerikaanse grondwet”, zegt een Vlaamse fan. Paul is vooral de vurige verdediger van de Amerikaanse soevereiniteit tegen supranationale instellingen als de Verenigde Naties, de Wereldhandelsorganisatie, en op de eerste plaats de North American Union. De complottheorie over de Noord-Amerikaanse Unie, een samenwerkingsverband naar het model van de Europese Unie, tiert welig op het internet. Alle ontkenningen ten spijt is de volgende urban legend blijkbaar onuitroeibaar - mede dankzij de inspanningen van Paul: er zouden supergeheime plannen bestaan om dwars door de VS, van Mexico naar Canada, een autoweg van tien tot twaalf baanvakken aan te leggen. Die weg zou dan de oprichting van een unie tussen de drie landen mogelijk maken, wat zou leiden tot de afschaffing van de dollar en de ondergang van het Engels, en zou vooral de grenzen wijd openzetten voor een "invasie" van illegale immigranten. Paul fulmineert in vrijwel elk debat tegen de "geheime financiering" voor deze weg door de VS-overheid.

Een zéér beknopte schets van alle aspecten van Ron Pauls ideologie, het libertarisme, kan je hier terugvinden.

Die complottheorie wordt verspreid door “xenofoob en angstig rechts in de VS, dat bang is van immigratie en mondialisering”, zegt Robert Pastor van American University, in wiens geschriften de Paul-aanhangers hun bewijsmateriaal vinden, ook al ontkent de professor zelf met klem dat zo'n unie in de maak is. Bij Rons jonge internetvrienden gaan deze ideeën er in als koekenbrood . “Ik zou ons geen samenzweringstheoretici noemen, maar bezorgde burgers”, zegt één van hen. Van Wambeke zegt dan weer:
Daar zijn mijn vrienden en ikzelf niet zo mee bezig. Het is misschien niet de mooiste kant van Paul, maar er is toch wel iets van aan van die North American Union.
Begin dit jaar was Ron Paul een nobele onbekende, ook al was hij al meer dan twintig jaar Congreslid. Maar door het enthousiasme van zijn jonge aanhangers sluit hij 2007 af als de presidentskandidaat met de meeste hits op de zoekmachine Google. Hij laat beroemdheden als Hillary Clinton, Barack Obama en Rudy Giuliani ver achter zich. En deze week haalde hij de door Time opgestelde lijst van “People Who Mattered” - belangrijke mensen van 2007 - als enige Republikein. Paul brak nog een ander record, alweer dankzij de inzet van enthousiaste vrijwilligers: op 16 december haalde hij via het internet 6, 4 miljoen dollar op in kleine giften van duizenden sympathisanten. Dat is het hoogste bedrag dat een kandidaat ooit in één dag op die manier bijeenharkte, en 1,3 miljoen dollar meer dan de Democraat John Kerry - de vorige recordhouder - in 2004. Een maand eerder, op 5 november, brak hij met 4,3 miljoen dollar het Republikeinse record.

Als de allereerste in Vlaanderen berichtte ik over de kandidatuur van Ron Paul voor het Amerikaanse presidentsschap.

In een systeem waarin rijke lieden dure feestjes geven om andere rijke lieden grote sommen afhandig te maken voor hun favoriete kandidaat of drukkingsgroep en duizelingwekkende bedragen uitgeven om hun man of vrouw in het Witte Huis te krijgen, moet Ron Paul het vrijwel volledig van de internauten hebben. De datum voor de fundraiser was niet willekeurig op de kalender geprikt. Zestien december is de verjaardag - de 234ste - van de Boston Tea Party, een historische gebeurtenis die nauw aansluit bij Pauls ideeën. Op 16 december 1773 kieperden boze Amerikaanse kolonisten 342 kratten thee in de haven van Boston, uit protest tegen de onrechtvaardige belastingen die de Britse regering hun oplegde. Zestien december was ook de dag waarop Van Wambeke en zeven kompanen het Rothbard Instituut boven de doopvont hielden, een heuse Vlaamse denktank - academische adviesraad incluis - die helemaal gewijd is aan deze Amerikaanse denker en de Oostenrijkse economische school.

In dit artikel kan je een neutrale schets van Ron Paul van mijn hand vinden, alsmede wat biografische gegevens.

Het brein achter de Boston Tea Party-fundraiser is volgens The Los Angeles Times ene Trevor Lyman, een 37-jarige muzikant. Politiek was hij een absolute neofiet. Hij was zelfs nog nooit gaan stemmen. Maar toen de nieuwe Democratische meerderheid in het Congres niet meteen de troepen uit Irak terugtrok, werd Lyman zo woedend dat hij in actie schoot. En zo klom Paul omhoog in de peilingen in de eerste staten die in januari voorverkiezingen houden: tot 6% in Iowa, 7% in New Hampshire en 5% in South Carolina. Niet schitterend, maar een stuk beter dan bijvoorbeeld Fred Thompson, die enkele maanden geleden nog door velen werd opgehemeld als de “Nieuwe Reagan”.

Ook in het magazine "Blauwdruk" verdedigt Simon Van Wambeke consequent de kandidatuur van Dr. Ron Paul.

“In de media wordt Paul altijd afgeschilderd als kansloos, maar hij heeft een grote aanhang. Hij is een geduchte tegenstander geworden voor Barack Obama en Hillary Clinton”, meent de 25-jarige Kristof Hermans, met de overdrijving van een enthousiaste fan. Hermans, die de computerhelpdesk van een Leuvens bedrijf bemant, behoort niet tot het clubje van Van Wambeke. Hij is op Ron Paul gestoten op de alternatieve nieuwssites die hij dagelijks raadpleegt, zoals die van Global Research, waaraan Paul wel eens een bijdrage levert. Het internet is de natuurlijke biotoop van de Ron Paul-fans. Ze houden contact met elkaar via mailgroepjes. Van Wambeke:
Op de netwerksite Facebook.com zie je veel Ron Paul-adepten, en via YouTube onderwijst Paul een enorme groep jongeren.
Van Wambeke vindt het helemaal niet vreemd dat zo veel jonge mensen warm lopen voor het libertarische gedachtegoed.
Deze jongeren hechten veel belang aan de bescherming van de zwakkeren in de samenleving, maar ze zien dat de overheid daarbij een slechte partner is, die vooral zichzelf in stand wil houden en daardoor juist de oorzaak is van de armoede. Ook zien ze in dat de centrale banken door hun continue geldcreatie verantwoordelijk zijn voor de inflatie die de koopkracht verzwakt, vooral van zwakkeren. En dit ten voordele van de banken en de beurzen. Ook zijn libertariërs principieel gekant tegen elke aantasting van de burgerrechten en zijn ze felle tegenstanders van oorlog.
Hoe meer de traditionele media Paul negeren, hoe groter de verontwaardiging van zijn aanhangers wordt, zegt Hermans, die Paul een echte “man van het volk” noemt. “Waar extreem-links en extreem-rechts elkaar ontmoeten, daar vindt je Ron Paul”, zegt de bekende politicoloog Merle Black van Emory University in Atlanta. Nog graag een complottheorie als toetje? Van Wambeke:
Er loopt nu het gerucht dat men Paul wil vermoorden omdat hij pleit voor de afschaffing van de centrale bank, die pas nog de banken te hulp is geschoten in de kredietcrisis. De bankiers zijn bang voor het verdwijnen van de Fed. Maar toch ben ik er gerust op: zo'n vaart zal het wel niet lopen.

Meer over Simon Van Wambeke op www.rothbard.be.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

21 december 2007

Kritische vragen bij regering-Verhofstadt III (Hoegin)

N-VA stemt niet over vertrouwen in regering-Verhofstadt IIIEn daarmee heeft België dus een nieuwe federale regering. Gevraagd naar een reactie verklaarde Bart de Wever dat het belangrijkste van deze regering is dat ze er is, en dat hij niet ontevreden was over het regeerakkoord. Maar heeft hij wel reden om tevreden te zijn? Op een ogenblik dat de Franstaligen van demandeurs de rien in demandeurs de tout veranderd waren, en de Vlamingen ze dus eindelijk hadden waar ze ze al zes maanden wilden hebben, bezweek Yves Leterme onder de Franstalige en koninklijke druk, en liet kartelpartner N-VA gewoon vallen.

Hoeft het eigenlijk te verbazen dat de partijvoorzitter van N-VA niet mans genoeg was om de eigenlijke vraag voor te leggen aan zijn partijraad, namelijk die over het vertrouwen in de nieuwe federale regering, en in de plaats daarvan liever een vraag stelde over de deelname aan de beruchte Conventie? En vervolgens het antwoord op de tweede vraag interpreteerde als een antwoord op de eerste, en in de Kamer zijn partij het vertrouwen liet schenken aan het anti-Vlaams gedrocht beter bekend als de regering-Verhofstadt III? Of wacht, neen, één kamerlid mocht zich onthouden, en welk kamerlid dat zou worden moest dan nog beslist worden door strootje te trekken. Ik kan me voorstellen dat deze heroïsche daad over tien of twintig jaar een eigen hoofdstuk zal krijgen in de geschiedenisboeken voor de middelbare school, en deel zal uitmaken van de eindtermen.

Laten we echter in de plaats van voorop te lopen op de toekomst nog eens overlopen wat er de laatste weken en maanden eigenlijk gebeurd is. Er was een tijd dat het Vlaams Kartel verkondigde dat het niet in een nieuwe federale regering zou stappen zonder een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, zonder een echte staatshervorming, en zonder Yves Leterme als eerste minister. Brussel-Halle-Vilvoorde werd op 7 november min of meer gesplitst, eerder ondanks dan dankzij de regeringsonderhandelingen, en Yves Leterme is duidelijk geen eerste minister. Maar hoe zit het nu met die staatshervorming?

Wel, de strategie van CD&V en N-VA scheen zes maanden lang te zijn dat het kartel door te weigeren in een nieuwe federale regering te stappen de druk op de Franstaligen zou kunnen opvoeren, tot zij op een bepaald punt toch zouden toegeven omdat anders de Belgische staat, en dus ook het Belgische status quo en het vele Vlaamse geld, in gevaar zou komen. Dat punt was de laatste weken bijna bereikt, onder meer als gevolg van de stijging van de energieprijzen en de daaruit voortvloeiende daling van de koopkracht. CD&V en N-VA hadden de Franstaligen dus eigenlijk precies daar waar ze ze al zes maanden wilden hebben: klaar om toegevingen te doen. Je kan je dan ook afvragen wat Yves Leterme en de CD&V bezield hebben om plots op zowat alle punten zélf toe te geven, en zelfs hun kartelpartner openlijk te laten vallen, om in een regering te stappen die noch in het belang van Vlaanderen noch in het belang van CD&V of bij uitbreiding het Vlaams Kartel is. Men heeft hier een serieuze steek laten vallen door de staatshervorming met honderd dagen uit te stellen in ruil voor vers geld voor de Franstaligen.

Geld voor de Franstaligen? Jazeker: het tweede punt al van de regeringsverklaring gaat over de verhoging van de laagste uitkeringen en de pensioenen. Welke partij zou daar het meeste belang bij hebben? (Er doen hardnekkige geruchten de ronde dat hier en daar in de Borinage werklozen al met de gedachte speelden werk te gaan zoeken, desnoods zelfs in Vlaanderen!) O ja, er zal ook aan een lastenverlaging gewerkt worden voor de lage en gemiddelde lonen, maar dat is niet de eerste maatregel die Guy Verhofstadt vermeldde om iets aan de koopkracht te doen, en iedereen mag dus eens drie keer raden in welke volgorde de respectievelijke maatregelen uitgevoerd zullen worden. Wat nog meer verontrust is dat de PS zowat elke post die met pensioenen, uitkeringen of sociale zekerheid te maken heeft in handen krijgt: Laurette Onkelinx krijgt Sociale Zaken en Volksgezondheid, Christian Dupont Pensioenen bovenop Maatschappelijke Integratie, Gelijke Kansen en Grootstedenbeleid, en Paul Magnette Duurzame Ontwikkeling, Klimaat, Energie en Consumentenzaken. Dit is niet meer de kat op het spek binden, maar het spek voor de kat voorsnijden en in haar eetbakje leggen.

Daarmee heeft de PS vandaag de volledige controle verworven over alle cruciale geldkranen richting Zuiden, met de trouwe medewerking van Guy Verhofstadt en de instemming van Yves Leterme. En Bart de Wever, die nog niet zo lang geleden een campagne voerde tegen de verstrikking van Vlaanderen, hielp vandaag mee de strik rond Vlaanderen vast aan te binden. Benieuwd welke uitleg Bart de Wever klaar zal hebben als over honderd dagen zal blijken dat de Franstaligen opnieuw demandeurs de rien geworden zijn en er van een staatshervorming niets meer in huis zal komen. Misschien kan hij dan als bliksemafleider nog eens zijn favoriete verhaaltje over de maagdelijkheid van het Vlaams Belang opdiepen, zoals hij eerder deze week nog maar eens deed?

Labels: , , , , ,

Read more...

19 december 2007

Een werelds liberalisme (Vincent De Roeck)

Afgelopen weekend was het alweer verzamelen geblazen voor een politiek congres. Ditmaal hield Jong VLD zijn jaarlijks ideologisch congres over het thema “een werelds liberalisme”. Aangezien de plaats delict de Sportoase op de Philipssite in Leuven was, en dus eigenlijk niet al te ver van mijn kot, had ondergetekende ook maar weinig excuses om zijn kat te sturen. Buiten de morele verplichting als libertariër om op elk ideologisch-liberaal evenement aanwezig te zijn, en buiten de gemakkelijke bereikbaarheid voor mij, was er ook een véél concretere reden om op het congres mijn stem te laten horen. In de voorgestelde congrestekst stonden immers een aantal zaken die mij als liberaal, laat staan als libertariër, zwaar voor de borst stootten. Ook met het nauwelijks verhulde anti-Amerikanisme in de congrestekst was ondergetekende allesbehalve opgezet. Het mag dan ook niemand verbazen dat in totaal een 50tal amendementen ingediend werden door mezelf, al dan niet in samenspraak met het LVSV of met andere libertariërs en pro-Amerikanen.

De debatten moesten trouwens ook twee maal onderbroken worden voor een gastspreker, met name Jos Gysels, de voorzitter van 11-11-11, en Karel De Gucht, de Belgische minister van buitenlandse zaken. De openlijke steun van de oud-LVSV’ers Philippe De Backer en Jules Van Rie, respectievelijk de voorzitter en de politiek secretaris van Jong VLD, voor tal van onze amendementen gaf dan ook aan dat wij het bij het juiste eind hadden door bepaalde passages van de congrestekst te verwerpen. In tegenstelling tot mijn amendementen op de congressen van de VLD, kreeg ik tot mijn grote verbazing zéér vaak de zaal aan mijn kant, mede dankzij een mooie opkomst van LVSV’ers en oud-LVSV’ers die samen toch wel 15% van alle congresgangers vertegenwoordigden. Als gevolg daarvan werden in totaal een veertigtal amendementen aanvaard waardoor de eindtekst een veel beter evenwicht heeft tussen een theoretische liberale ideologie en concrete praktijkoplossingen.

Dat Boudewijn Bouckaert discussies tussen liberalen over internationale betrekkingen steeds afdoet als tijdverlies en nutteloos, omdat liberalen zich enkel bezig te houden hebben met de relaties tussen individuen en de overheid, en dus niet met de relaties tussen overheden onderling, mag dan al wel bij veel liberalen een gesmaakte stelling zijn, dit congres bewees toch ook dat het anders kan en dat de relaties tussen de burger en de overheid ook op internationaal vlak een deel van het liberale verhaal kunnen zijn.

In de congrestekst geeft Jong VLD af op protectionisme, het Europese landbouwbeleid en economische (tol)grenzen. Vrijhandel wordt naar voren geschoven als de enige échte motor van globale ontwikkeling. Door verzet van het LVSV werd het hoofdstuk over “infant industry protection”, het beschermen van derdewereldlanden tegen invoer uit rijke landen zodat ze hun eigen economie kunnen opbouwen, uit de congrestekst geschrapt. Vrijhandel moet absoluut zijn, of het zal niet zijn. Ook onjuiste Eurofiele statements, zoals de stelling dat de EU geen interne economische grenzen meer zou hebben of de stelling dat de Europese burgers zelf verantwoordelijk zouden zijn voor het EU-wanbeleid omdat zij dit in de verkiezingen gelegitimeerd hebben, moesten er aan geloven. Het democratisch deficit van de EU maakt zulke beschuldigingen aan het adres van de Europese burgers totaal onterecht. De rigide diensten- en arbeidsmarktwetten maken van de EU zelfs puur intern géén vrijhandelszone, alle mooie liedjes van de Neytsen, de Verhofstadts en de Dehaenes van deze wereld ten spijt. Jong VLD aanvaardt ook het nut van bilaterale handelsakkoorden naast de - vooral door arme landen gevraagde - multilaterale pacten.

Hoewel Jong VLD de werking van het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank transparanter en doeltreffender wou maken, werden zij daarin niet gevolgd door de zaal die resoluut de zijde van het LVSV koos. De Wereldbank zou geprivatiseerd worden en het IMF zou een “adviesorgaan voor private investeringen in de derde wereld” worden, zeg dus maar gerust een praatbarak. Ook het LVSV-voorstel om de ganse ontwikkelingshulp grondig te hervormen via een drietrapsmodel kreeg de steun van het congres. Voortaan zal alle traditionele ontwikkelingshulp via private middelen bekostigd moeten worden. De overheid zal enkel nog zelf financieel tussenbeide komen om een stabiele staatsstructuur, met basisonderwijs, minimale zorgverlening en een niet-corrupte rechtsstaat in het leven te roepen, en om noodhulp bij rampen te verstrekken. Dit maakt dat ook de defensieuitgaven voor zulke nood- en vredemissies voortaan onder het budget van ontwikkelingssamenwerking zullen vallen.

Ook mag het hoofddoel niet langer het installeren van “democratie” zijn, maar het creëren van “welvaart en welzijn”, waaruit misschien op termijn een democratische beweging zou kunnen ontstaan. Democratie is volgens Jong VLD immers geen doel op zich, maar gewoon een middel. Tenslotte werd ook de westerse zelfhaat, zoals mooi verwoord in de statements dat we onze dominantie verloren zijn aan de opkomende economieën en dat het westers model zeker niet het “einde van de geschiedenis” is, onder druk van mijn amendementen minder cru verwoord en werden een aantal anti-Amerikaanse passages onder handen genomen. Het is volgens mij immers niet zo dat de uitdagingen die op ons afkomen uit het Verre Oosten per definitie ons model zouden verslagen. Om het “einde van de geschiedenis” te blijven, moet men immers gewoon deze uitdagingen het hoofd zien te bieden.

In het congreshoofdstuk over defensie, oorlog en mensenrechten werd daarenboven gewoon de mantel uitgeveegd met de Verenigde Staten. Een paginalange tekst werd aan de notie van “pre-emptive strike” gewijd, terwijl de véél slechtere defensiepolitiek van China (Tibet, Taiwan, …), Noord-Korea, Rusland (Tsjetsjenië, …) en andere schurkenstaten niet eens met één woordje aan bod kwam. Van hetzelfde laken een broek bij de “war on terror”. In plaats van voorbeelden dicht bij huis te zoeken zoals de terreurwetten in België of het Verenigd Koninkrijk, valt men - in alweer een paginalange tekst - opnieuw de VS aan. Hun “patriot act” en gedrag in Guantanamo Bay gelden voor Jong VLD als de schoolvoorbeelden van misbruiken in de strijd tegen de terreur. Over de situatie in Rusland of China was alweer géén woord in de tekst terug te vinden.

Uiteindelijk bereikte het congres een compromis over mijn amendementen. De voorbeelden zouden blijven staan, maar elke verwijzing naar de Verenigde Staten zou uit de tekst geschrapt worden. Een overwinning dus voor elke rechtgeaarde Atlanticist. Ze zullen het bij de moederpartij in de Melssensstraat waarschijnlijk niet graag gehoord hebben.


Meer over dit ideologisch congres op www.jongvldcongres.be.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

18 december 2007

Waarom de vakbonden beter in Frankfurt waren gaan betogen (De Anarcho-Kapittels (voorheen Politiek Incorrect))

Nu zelfs het blauw konijn uit Gent wordt gegijzeld door onderlinge vetes in de al-dan-niet-asymetrische-oranje-rood-appelblauwzeegroene op been te brengen ‘interim-regering’, is het wat de vakbonden betreft stilaan welletjes geweest: ongeveer 20.000 rode, groene en blauwe vuilzakjes manifesteerden zaterdag door de straten van Brussel om de regering (welke?...) aan te sporen dringend maatregelen te treffen tegen de almaar dalende koopkracht. Dat was alleszins de officiële beweegreden. Al snel bleek in de loop van de dag de ware en demonische reden van de syndicale presentie duidelijk te worden: de socialistische partijpolitieke kameraden en kameradinnen van sp.a en PS een hart onder de riem steken om zo snel mogelijk de – uiteraard rode – loper richting regering uitgerold te krijgen.

Niettemin is ondergetekende vakbondsvreter het met de eerste probleemstelling volmondig eens: het voortschrijdende verlies aan koopkracht vormt wel degelijk een ernstig probleem. Over de manier waarop die problemen dienen opgelost te worden valt natuurlijk veel meer te redetwisten, maar hierover later meer.

Voor de analyse, eerst de cijfers. De consumentenorganisatie Test Aankoop – eveneens een bron waar de analyse interessanter is dan de voorgestelde remedie – publiceerde deze week een rapport waarin de prijsevolutie van een aantal producten en diensten over de periode 2000-2007 worden uitgelicht. Zo is brandstof (benzine en diesel) in die zeven jaar met 40% in prijs gestegen. Maar ook voor een aantal andere essentiële levensnoodzakelijke producten (eieren: +32%; melk: +20%; aardappelen: +68%; ham: +25%;…) zijn de prijzen explosief de lucht in geschoten.

Meer formeel werd alles samengevat door Guy Quaden, de gouverneur van de Belgische Nationale Bank. Volgens de vooruitzichten van de Nationale Bank stijgt de inflatie in België tot een recordhoogte van 2,9% , waarmee het vorige record van 1991 wordt gebroken.

Toch kan men zich afvragen waarom er nu precies in België een probleem is. Tenslotte is er toch een zogenaamde gezondheidsindex in het leven geroepen, waarbij een automatisch mechanisme in werking treedt dat wanneer een bepaald niveau – de spilindex – overschreden wordt, de lonen ook automatisch mee worden opgewaardeerd. En daarenboven zijn er ook nog allerhande interprofessionele akkoorden en CAO’s tussen werkgevers en vakbonden die tot doel hebben de lonen te doen stijgen. In 2006 bijvoorbeeld stegen de lonen met 3,2% , wat ruim boven de toenmalige inflatie (1,8%) lag. En zelfs bij de voorspelde ‘risico-inflatie’ die Guy Quaden verwacht zouden de lonen in dat geval zelfs sneller stijgen dan de inflatie.

Maar wat is nu eigenlijk het probleem, als de lonen toch automatisch geïndexeerd worden? Vooreerst het feit dat de gezondheidsindex geen rekening houdt met de prijsevolutie van producten zoals brandstof, tabak en alcohol. Het is juist vooral eerstgenoemd product dat scherp de hoogte in schiet. Ten tweede heeft het mechanisme van de automatische prijsindexering tot gevolg dat de loonkosten in België de pan uit swingen, waardoor de concurrentiepositie van de ondernemingen zienderogen taant.

Met uitzondering van dat laatste zal mijn analyse allicht niet veel verschillen met dat van de vakbonden. Over de remedie zullen de meningen ongetwijfeld uiteen lopen. Zo stelt verenigd links – zowel vakbonden als linkse partijen zoals, zeer recent nog, het cdH – een resem maatregelen voor die echter voortbouwen op de reeds bestaande vermolmde, op drijfzand gebouwde constructie. Die constructie heet overheid. De (uit losse leem en aarde samengeknede) bouwstenen hebben namen als algemene prijsverlagingen, maximumprijzen, stookoliecheques,… Noem maar op! Zolang het uiteraard maar betaald wordt door ‘de anderen’, wat dan ook het perfide systeem achter de ‘sociale welvaartstaat’ vormt.

Ondergetekende blijft echter van mening dat Friedrich Nietzsche een genie is, en zodoende kan de 21ste best nog een filosoof met de hamer gebruiken. Een sloophamer dan wel te verstaan, waarmee de vieze overheidsruïne met de grond gelijk kan worden gemaakt. Een ander lot verdient zij niet, want het is immers niet door méér overheidsingrijpen, maar juist door minder actie van ambtenaren uit Brusselse glazen, betonnen en vooral ivoren torens dat het verlies aan koopkracht kan worden tegengegaan. Want als het aankomt op het ‘waarom’ van de slinkende koopkracht, wordt het ineens oorverdovend stil in syndicale hoek.

Welnu, de meest primordiale reden is en blijft uiteraard de torenhoge fiscale druk die in dit land heerst. Dat is natuurlijk vragen om problemen. Door de – zowel directe als indirecte - belastingen drastisch te verlagen (of in het beste geval af te schaffen) kan al zeer veel bereikt worden. Dat blijft echter nog maar een deel van het verhaal: de overheid is tenslotte een octopus – dus acht armen – die de samenleving wurgt. Belastingen en accijnzen vormen hier maar slechts één arm van.

Voor de overige oorzaken van de stijgende productprijzen, inflatie en dalende koopkracht is het noodzakelijk buiten de grenzen van België alleen te kijken. Een ander misschien op het eerste zicht los van de koopkrachtkwestie staande actuele gebeurtenis, is de beslissing van vijf centrale banken (zijnde de Amerikaanse, Canadese, Britse, Europese en Zwitserse) om de kredietcrisis op de internationale financiële markt te lijf te gaan. Die crisis – die overigens al geruime tijd aan de gang is – wordt voornamelijk veroorzaakt doordat banken wantrouwig zijn geworden om geld aan elkaar te lenen, een gevolg van risicovolle investeringen in de Amerikaanse hypotheeksector. Een aantal financiële instellingen zijn hierdoor dan ook al ernstig in de moeilijkheden gekomen.

Om die kredietcrisis “op te lossen” hebben de vijf betrokken centrale banken beslist om zowat 100 miljard dollar (70 miljard euro) in de geldmarkt te injecteren. Hiermee zijn de centrale banken echter niet aan hun proefstuk toe: afgelopen zomer voelde de ECB alleen al de noodzaak om niet minder dan 95 miljard euro in de financiële markt te pompen. Het lijkt er dan ook op, en in zekere zin is dat ook begrijpelijk, dat niemand wil dat het financiële systeem in de Verenigde Staten ineenstuikt. Met een handelstekort van niet minder dan 763 miljard dollar (528 miljard euro) is het nogal logisch dat deze reus op lemen voeten nog ietwat op z’n sokkel moet worden gehouden. Want als de bubbel definitief zou openbarsten, dan kunnen de landen – waaronder niet in het minst de Europese Unie… - aan wie de VS nog geld verschuldigd zijn evengoed wachten op Godot.

Maar wat is de algemene definitie van inflatie? Dat is niets meer of niets minder dan de toename van de geldhoeveelheid binnen een bepaalde financiële markt, en in beperkte mate is daar ook geen probleem mee. Maar de miljarden waarmee door ’s werelds machtigste centrale banken wordt gesmeten als ware het modder, is al te gortig. Centrale banken vormen dan ook een zeer gevaarlijk goedje, die de economie meer kwaad dan goed doen. Het meest dramatische voorbeeld hiervan was de oprichting van de Federal Reserve in de VS in 1913, dat de prelude heeft gevormd voor de beurskrach van 1929 en de daaropvolgende Grote Depressie, die ook haar gevolgen heeft laten kennen op het Europese continent. In tegenstelling tot wat de meeste Keynesiaanse clowns en de modale geschiedenisboeken op school ons wijsmaken, was het niet het boze, ongebreidelde laissez-faire kapitalisme dat deze crisis heeft veroorzaakt, danwel de Federal Reserve die – gezien haar samenstelling uit allerlei topindustriëlen – eropuit was de grootbanken ter wille te zijn. Het gevolg was dan ook dat de geldhoeveelheid explosief steeg met 60%. Toen natuurlijk bleek dat de aandelenmarkten vooral gefinancierd werden met geleend geld, dus op drijfzand, stortte het kaartenhuis al snel ineen. Voeg daar nog eens aan toe dat op 17 juni 1930 de Smoot-Hawley Tariff Act van kracht ging, waardoor de heffingen op niet minder dan 20.000 importproducten drastisch werden verhoogd. De weg naar een totale collaps van het economisch bestel werd hiermee definitief geplaveid; een weg die zou leiden naar de verkiezing van populistische plan-fanatici à la Franklin D. Roosevelt. In Europa zouden deze apologeten van de utopie een snor hebben, en luisteren naar de naam Hitler of Stalin (merk overigens – geheel toevallig… - op dat zowel Roosevelt als Hitler in maart 1933 aan de macht zijn gekomen…) De vakbonden hadden afgelopen zaterdag dus beter een betoging georganiseerd In Frankfurt am Main, aan de voet van de ECB-hoofdkwartieren, waar allerlei sinistere speculanten bij gratie van de verscheidene overheden, in het bijzonder de Europese, euromunten en –biljetten vermenigvuldigen en delen dat het een lieve lust is. Jan, Jean of Juan met de pet kan nadien het gelag wel betalen.

Buiten de zeer dubieuze rol van de centrale banken zijn er natuurlijk nog allerlei redenen die de dalende koopkracht kunnen verklaren. Zo zijn de stijgende voedselprijzen niet alleen een louter Belgisch fenomeen, maar doen zij zich ook op internationale markten voor. Het weekblad The Economist merkte in een artikel vorige week op dat de gemiddelde wereldprijs voor voedingswaren in de periode 2005-2007 met 75% gestegen is. Een oorzaak hiervoor kan worden gevonden in de stijgende vraag vanuit opkomende economieën als China en India (wat een louter vrijemarktfenomeen is), maar ook hier geldt dat er meer aan de hand is. Zo wordt bijvoorbeeld gewezen op het riante subsidiesysteem van de Amerikaanse overheid voor de productie van bio-ethanol (wie zei ook alweer dat de VS niets van Kyoto moeten weten?...), ten belope van 7 miljard dollar (4,8 miljard euro) per jaar. Ook de Europese Unie kan natuurlijk niet achterblijven (of wat had u anders gedacht?...) en geeft – samen met de lidstaten – jaarlijks 3,7 miljard euro uit aan de productie van biodiesel en –ethanol. Hierdoor belandt ongeveer iets minder dan de helft van ’s wereld maïsoogst in de brandstoftank (de groen-linkse jongens en meisjes die de mond vol hebben van gemeenplaatsen zoals “duurzaam leefmilieu” , “ontwikkelingssamenwerking” en “internationale solidariteit” hebben dus niet alleen een dubbele pet, maar vooral een dubbele tong) Komt daar nog eens bovenop dat het Europese gemeenschappelijke landbouwbeleid nu niet meteen bekend staat als het meest performante van de wereld, en een giftige cocktail is gemixt om als een bijtend zwavelzuur een serieus gat in uw portemonnee te branden.

Terwijl de vakbonden dus nog steeds niet uit hun spiritueel Nirwana terug op aarde zijn neergedaald, en geloven dat de staat met gulle hand geld en consumptiegoederen kan rondstrooien, is juist het tegenovergestelde waar: de staat is dief, oplichter en leugenaar tegelijk, en zolang deze allesaanvretende parasiet blijft voortbestaan, mogen Luc Cortebeeck en Rudy De Leeuw nog zoveel betogen en zelfs de samba dansen op één been; meer geld in uw beurs zal er niet zijn.
Read more...

Peiling La Libre Belgique: opnieuw weinig beweging (Hoegin)

Alle Vlaamse peilingen sedert 2006Zondagavond publiceerde La Libre Belgique de resultaten van de laatste peiling van dit jaar. En net zoals bij De Standaard/VRT een goede week geleden viel er ook bij deze peiler weinig beweging te noteren aan Vlaamse zijde, maar de verschillen tussen de twee peilers blijven daarmee wel bestaan.

Alle Vlaamse peilingen sedert 2006 (15-35%)Bij La Libre Belgique staan alle partijen op status quo vergeleken met de laatste verkiezingen, met inbegrip van het Vlaams Belang. La Libre Belgique geeft voor het Vlaams Belang deze keer een klein (niet-significant) verlies, en gelooft dus niet in de neergang die De Standaard/VRT maten. Het verschil tussen de twee peilers voor deze partij is overigens groter dan de foutenmarge.

Geeft deze peiler voor het Vlaams Belang geen significant verlies vergeleken met de verkiezingen van voor de zomer, dan valt toch wel op hoe de aanhang van die partij in de loop van iets meer dan een jaar geslonken is met meer dan zeven procent: in de zomer van verleden jaar stond de partij nog op 26,6%, terwijl ze vandaag nog op amper 19,0% staat.

Alle Vlaamse peilingen sedert 2006 (0-10%)Ook voor Lijst Dedecker en Groen! meet La Libre Belgique voorlopig weinig beweging. Dat betekent dat ook voor Lijst Dedecker La Libre Belgique en De Standaard/VRT een duidelijk verschil meten, al is het verschil voor die partij niet zo groot tussen de twee peilers als voor het Vlaams Belang. Lijst Dedecker blijft voorlopig wel groter dan Groen!.

Alle Franstalige peilingen sedert 2006 Bij de Franstalige partijen valt er wel beweging te noteren. De liberalen van de MR gaan vergeleken met de verkiezingen meer dan drie procent achteruit, terwijl de humanisten van cdH bijna 2,5 procent vooruit gaan. Blijkbaar heeft het verloop van de huidige onderhandelingen aan Franstalige zijde wel enige invloed op de kiesintenties.

Alle Franstalige peilingen sedert 2006 (24-36%)Deze peiling toont voor de MR dus opnieuw een achteruitgang sedert de verkiezingen van juni, en voor de partij is het de slechtste peiling tot nog toe. Eigenlijk heeft ze in nog geen enkele peiling het resultaat van 10 juni kunnen evenaren. De partij blijft echter wel net iets groter dan aartsrivaal PS, maar het verschil tussen de twee partij is voor het eerst niet meer significant. Dat betekent echter niet dat de PS in deze peiling vooruit zou gaan, maar alleen maar dat ze minder achteruit gaat dan de MR.

Alle Franstalige peilingen sedert 2006 (8-22%)Ook in de middenmoot is er dus beweging, maar de resultaten van La Libre Belgique verschillen voor cdH en Ecolo toch wel opvallend van de peiling van Le Soir/RTBf een week geleden. Bij La Libre Belgique blijft cdH de grootste partij van de twee en gaat er zelfs op vooruit, en mag Ecolo een even grote vooruitgang noteren. Bij Le Soir/RTBf maakte Ecolo een zo grote sprong voorwaarts dat de partij vóór de cdH eindigde, ook al maakte die laatste een kleine vooruitgang. Wat in ieder geval duidelijk lijkt is dat zowel cdH als Ecolo op dit ogenblik wind in de zeilen hebben in de peilingen ten koste van MR en PS. Front National tot slot blijft ondertussen in een erbarmelijk toestand rond de kiesdrempel zweven.

Bijlage: Alle Vlaamse en Franstalige peilingen sedert 2006 (PDF)

Labels: , , , , ,

Read more...

De dood van al onze handelsreizigers (victa placet mihi causa)

.
Vandaag, net als gisteren en eergisteren, en trouwens de voorbije weken en maanden, stond in het blaadje van marketeer Vandermeersch alweer dat bepaalde zinnetje dat mijn bijzondere wrevel opwekt. Deze keer zette Sturtewagen zijn handtekening als commis-voyageur van dienst, maar dat is niet meer dan een detail, want de koopwaar is bij alle kranten dezelfde.
Aangezien hun kiezers al lang niet meer kunnen volgen waarover het politieke debat de jongste weken nog ging, durven de christendemocraten de risico's aan.

Waar Sturtewagen het precies over had doet er even niet toe, laat mij vertalen: van stemrecht stellen wij oudgediende handelsreizigers van de firma Paars ons niet veel voor. Een goed werkende democratie is eenmaal de vrucht van publieke amnesie en wijd verbreide dwaasheid. Politieke beloften zijn kraaltjes en zilverpapier. Volwassen journalisten gooien die de dag na de verkiezingen meteen weer weg.
Dat geen enkele journalist vóór de verkiezingen heeft gezien wat het belangrijkste thema zou worden ...dat is het publiek helaas nog niet vergeten. De publieke amnesie is selectiever dan onze Desmetten&Vandermeerschen wellicht hadden gehoopt.

Arthur Miller, maar die man is alweer twee jaar dood, dacht nog anders over de taak van een deftige krant: “A good newspaper, I suppose, is a nation talking to itself.
En onze journalisten beseffen geeneens waar de natie over denkt! Bij ons praten kwaliteitskranten dus niet met, maar denigrerend over de natie.
Spijtig trouwens dat ze zoveel stukken moeten leveren, want wat onze koelies nog het liefste doen is werken aan hun verstandhouding onderling én met de machthebbers. Zo mogen zij bijwijlen iets oplikken van de kruimkens die van deze laatsten hun tafelen vallen.

Een mens moet elke dag eten inderdaad, en ik begrijp Sturtewagen zijn collega’s Verschelden en Samyn dan ook als zij in het flutrubriekje “Kreten&Gefluister” hun beklag doen over, in bedekte termen, Leterme natuurlijk.
Want er viel niet genoeg te rapen toentertijd in Hertoginnedal. Maar nu is Verhofstadt er weer!


Bij een van de laatste oranje-blauwe stuiptrekkingen in november was de chauffeur van minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael (Open VLD) nog zo vriendelijk een thermos koffie te halen voor de half bevroren journalisten op de stoep van de Wetstraat. Het was een zeldzaam moment van oranje-blauwe gastvrijheid. Toen premier Guy Verhofstadt twee weken geleden door de koning in de ring werd gestuurd, gaf hij prompt te kennen dat de journalisten niet langer onbeschut, onverwarmd en dorstig zouden moeten wachten.
En kijk. Terwijl Verhofstadt zondagavond in zijn ambtswoning aan de Lambermontstraat vergaderde met CD&V/N-VA, Open VLD, MR en PS en buiten het kwik tot -3° daalde, hield de premier woord. De wachtende journalisten konden om de hoek in een lokaaltje van het kabinet van staatssecretaris Gisèle Mandaila terecht om even op te warmen. Er stonden koffie, soep en frisdrank voor de dorstigen en wafeltjes voor de hongerigen. 'Want ik had honger en gij hebt mij te eten gegeven, ik had dorst en gij hebt mij te drinken gegeven, ik was vreemdeling en gij hebt mij opgenomen', klinkt het in het evangelie naar Mattheus. Verhofstadt is misschien geen christendemocraat, maar hij kent duidelijk zijn klassiekers.

Wat ik wilde zeggen, Wouter of Steven, is dat er verderop in de evangeliën nog interessante zaken staan. Bij Lukas lezen wij over zekere Lazarus (niet de Lazarus die uit de doden is opgewekt, een andere, misschien wel een journalist in volle doen?).

Lukas 16; En er was een zeker rijk mens, en was gekleed met purper [toen al] en zeer fijn lijnwaad, levende allen dag vrolijk en prachtig. En er was een zeker bedelaar, met name Lazarus, welke lag voor zijn poort vol zweren; en begeerde verzadigd te worden van de kruimkens, die van de tafel des rijken vielen; maar ook de honden kwamen en lekten zijn zweren.

Laat de kruimels, voor de tijd dat het nog duurt, jullie goed smaken jongens! En verder maar hopen op het hiernamaals?


.

Labels: , , , , , ,

Read more...

Papegaaienwerk (Skender)

Bij de traditionele pers zijn ze er trots op dat het nieuws dat zij brengen, door een redactionele filter gaat. Volgens de verdedigers van de traditionele media, maakt dit redactioneel proces hen betrouwbaarder. Maar vandaag liep er toch iets fout op de internetredacties van een aantal Vlaamse kranten. De Morgen en Het Laatste nieuws publiceerden dezelfde tekst van het persagentschap AFP. Een tekst over "De president van Turkse Koerdistan".

HLN artikel Massoud Barzani

De Standaard en Het Nieuwsblad brengen een aangepaste versie van dezelfde tekst. Ze voegden achteraan 2 paragrafen toe, en verbeterden de taalfout. De websites van de Corelio kranten schrijven:

"De president van Turks Koerdistan, Massoed Barzani, heeft geweigerd naar Bagdad te gaan om de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice in Bagdad te ontmoeten. Dat heeft de Iraaks-Koerdische premier Nechirvan Barzani op een persconferentie bekendgemaakt."

Beter, maar nog steeds fout. Nechervan Barzani is inderdaad de Eerste Minister van de Koerdische regering in Irak. Zijn oom, Massoud Barzani, is de President van de Koerdische regio in Irak. Niet van Turks Koerdistan dus zoals de Vlaamse kranten verkeerdelijk van het AFP bericht overschreven. Turks Koerdistan wordt door Turkije trouwens niet erkend. De Koerden hebben er geen enkele vorm van autonomie en dus ook geen President.

De teksten werden rond 17u gepubliceerd. In de 5 uur die intussen verstreken zijn, werden ze niet verbeterd. Wanneer een populaire blogger een dergelijke fout zou maken, zou hij daar door lezers en collega-bloggers snel op gewezen worden en z'n tekst aanpassen. Maar eens een fout door de redactionele filter geglipt is, kan ze blijkbaar lang blijven staan.

Read more...

Het libertarisme volgens Frank Van Dun
(Simon Van Wambeke)

Hieronder geef ik de belangrijkste lijnen en de hoogtepunten uit de inleiding tot het libertarisme die Frank van Dun onlangs in Leuven aan een 60-tal geïnteresseerden gaf. Het libertarisme is net als alle andere -ismen een huis met vele kamers. Het bordje aan de grote zaal van dat huis stelt dat agressie onrecht is. Daar is iedere libertariër het mee eens. De problemen komen later bij het praktisch toepassen van dit principe. In de libertarische traditie is agressie heel strikt op te nemen. Filosofisch kan men spreken van de realistische interpretatie van agressie. Daar stelt men dat de dingen zijn wat ze zijn. De moderne filosofie zegt daarentegen (sterk vereenvoudigd) dat de dingen zijn wat men zegt dat ze zijn. Voorbeeld hiervan is het parlement dat zegt wat het recht is. De realistische interpretatie zegt agressie mag niet en agressie op zich, zoal ze is, mag niet. Wat is agressie dan? Elke daad waarbij iemand overgaat tot geweldpleging tegenover het leven en werk van iemand anders zonder instemming van deze andere persoon. Ongevraagd binnendringen dus. Dreiging met geweld valt eveneens onder het non-agressieprincipe. Van Dun maakt in deze inleiding abstractie van gevallen waar men niet in staat zou zijn om zichzelf te representeren en dus al dan niet in te stemmen met indringende acties van anderen.

Een belangrijke opmerking is dat de afkeer van agressie een gevolg is van waar het echt om draait: persoonlijke vrijheid. Men is dus libertariër omdat men vóór persoonlijke vrijheid is en niet omdat men tegen agressie is. Als er agressie gebeurt mag je je hier tegen verdedigen: zelfverdediging dus. Je mag wel enkel geweld gebruiken voor zover die nodig is voor je verdediging. Dus enkel bij een effectief gevaar. Er moet dan een aanval bezig zijn of een onmiddellijk gevaar dreigen. Je mag zomaar niet pre-emptive strikes uitvoeren voor elk vaag gevaar dat je wenst te verijdelen. Je bent hierin beperkt door de rechten van anderen. Die beperking is fundamenteel voor klassiek-liberalen: de rechtsgelijkheid van mensen. Dit is een compleet andere gelijkheid dan deze die in de publieke opinie wordt gebruikt. Marxisten zijn ook voor vrijheid en gelijkheid, maar dat is geen natuurlijke vrijheid en gelijkheid. Dat zijn artificiële, opgelegde vrijheden en gelijkheden. De paradox is wel dat men een heel grote machtsongelijkheid veronderstelt zonder tegenmacht, die een bepaalde gelijkheid en vrijheid oplegt. Maar wat ben je met die zaken als ze worden opgelegd en je een enorme machtsongelijkheid hebt.

Klassiek liberalen geloven in natuurlijke rechten en niet in artificiële rechten zoals deze bijvoorbeeld worden gestemd door (inter)nationale organen. Natuurlijke rechten verwijzen naar de grenzen die in de natuur der mensen aanwezig zijn. Je moet de grenzen die in de natuur der dingen zitten respecteren. Concreet: de grenzen die de een van de ander scheiden. Wanneer je deze grenzen schendt pleeg je onrecht. Dat is de basis van de liberale gedachte. Recht wordt dus niet door de autoriteiten gecreëerd, maar zit in de natuur der dingen. Wat positivistische “experten” ook zeggen, je herkent onrecht steeds. Moord, diefstal, fraude vind je steeds onrecht; waar, wanneer en door welke ambtsbekleder ze ook gepleegd zijn. Maatschappelijke posities zijn artificiële onderscheiden die geen rol spelen bij recht en onrecht.

In het dagelijks leven (de samenleving) kijk je naar wat iemand doet en zegt, niet welke maatschappelijke positie iemand bekleedt. Recht en onrecht zijn de basis voor de samenleving (waar mensen, personen met elkaar omgaan). De maatschappij vaardigt regels uit naargelang je positie (koning, premier, burger, vader, priester,…) en deze regels hebben niets met recht te maken. Op zich is er niets mis met maatschappijen zolang ze het primaat van de samenleving inzien en dus geen onrecht inhouden. Spijtig genoeg zijn we sinds tweehonderd jaar steeds meer weg van de samenleving en richting het primaat van de maatschappij aan het evolueren. Het wordt dus steeds minder belangrijk wat je zegt of doet, en des te meer wat je positie is. “Maar waarom zouden politici de bevoegdheid hebben om de grenzen van hun vrijen en gelijken te bepalen zonder deze hun instemming?” is een terechte vraag. Zoals blijkt is het onderscheid tussen samenleving en maatschappij heel belangrijk voor de liberale leer.

De systematische toepassing van het non-agressieprincipe houdt een kritiek ten opzichte van staten in. De kritiek van liberalen is dat de essentie van de staat agressie is. Het gaat dan vooral over de geïnstitutionaliseerde agressie zoals belastingen. Hier blijkt duidelijk het onrecht dat de staat pleegt. Denk bijvoorbeeld aan de belastingsschuld. Die een schuld is die je hebt zonder iets verkeerd te doen en die eenzijdig wordt opgelegd. Aangezien agressie de kern is van de staat, kan er geen recht zijn in de staat. Positivisten stellen dat staat en recht identiek zijn. Dit staat recht tegenover de klassiek opvatting dat staat en recht niets met elkaar te maken hebben.

Naast het monopolie op geweld is de staat ook gekenmerkt door het monopolie op geld. Enkel de staat bepaalt wat geld is en enkel de staat mag geld produceren. Ze schept krediet uit het niets. Sommigen moeten dus werken voor hun geld, anderen kunnen het scheppen en profiteren van dit gecreëerde geld. Opvallend is hoeveel mensen vinden dat er een geldmonopolie noodzakelijk is hoewel hier enorme morele en economische problemen zijn. Er is geen fysieke agressie, toch dringt een centrale bank binnen in het leven van mensen, via de door hun gecreëerde inflatie en kredietcycli en is er wel degelijk sprake van onrecht.

Als mijn verslag een beetje warrig overkomt dien je de volgende keer dat Frank van Dun nogmaals komt spreken over het libertarisme zeker te komen voor de “real thing”. Na zijn exposé volgde dan een vragenronde, als einde van een boeiende avond.

Wat met Amerikaans presidentskandidaat Ron Paul?

Ron Pauls kandidatuur is belangrijk om het debat te verruimen. Liberalisme gaat niet over beleid maar over de constitutie. Het ging vroeger over de grenzen van de politieke organisatie. Niet over waar de tram diende te lopen. Het is wel naïef om te denken dat een grondwet, die door de overheid zelf wordt geïnterpreteerd, een grens kan stellen aan deze overheid. Een aanzienlijk deel van de Amerikanen zal in elk geval met zijn boodschap te maken krijgen.
Is vrijheid via de politiek mogelijk?

Je kan in de huidige politiek enkel iets bewerken als je het spel meespeelt, anders sta je snel aan de zijlijn. Iemand die het wil maken in een maatschappij moet zich een aantal waarden en strategieën eigen maken om op te klimmen op de maatschappelijke ladder. Steeds opletten op wat diegene naast en boven je van je ziet. Van zo iemand lijkt het moeilijk dat hij vrijheid kan verkopen.

Bent u tegen de staat?

Van Dun is heel radicaal anarchist, maar is in de praktijk onderdanig. Hij ziet geen enkele rechtsgrond voor de staat. Anarchisme is geen utopie zoals wordt geopperd in de zaal. Nee, nu leven we in een utopie. Wanneer in een aantal kamers een aantal mensen aan het beslissen zijn over anderen na een paar rapportjes te hebben gelezen. De idee dat deze mensen in staat zijn om iets te organiseren is een utopie. De realist zegt dat deze mensen zich illusies maken (en carrière). Het is niet alleen een illusie maar ook een enorme aanmatiging om te denken dat je voor anderen kan beslissen.

Tegenwoordig gaan alle discussies over beleid in plaats van over constitutie. Het gaat over het verdelen van de koek in plaats van over de beperking van de macht. De agitatie tegen de staatsmacht was nochtans de basis van het succes van het liberalisme.

Wie zorgt er voor de gezondheidszorg wanneer er geen staat is?

Wat is DE gezondheidszorg. Je hebt pillen, dolkters, verpleegsters. Niemand stelt zich zorgen over DE gezondheidszorg. Die zit vol van keuzes. Gelukkig bestaan die in België nog een beetje. Alle gevoel voor de marge verdwijnt echter in het politieke debat. Er wordt dan ook over een enorm aantal mensen beslist, zonder rekening te houden met prioriteiten van individuele mensen. Een persoon in de zaal zegt dat hij blij zal zijn als de staat (NVDR: de belastingbetaler) een dure operatie betaalt voor hem. Maar blijdschap is geen rechtsgrond. Mensen hebben geen recht op gezondheid. Mensen die ziek zijn, is die hun recht geschonden? De manier waarop men een doel bereikt is even belangrijk als het doel. Het gaat niet op te zeggen: “Mijn gezondheid is belangrijk, anderen moeten hun prioriteiten maar opgeven”. Dan zeg je mijn doel heiligt de middelen. Gezondheidszorg is veelal rekking van de minst interessante periode van het leven. Men is de controle over het leven kwijt en komt terecht in een heel bureaucratische gezondheidszorg vol controle. Je komt in een apparaat terecht. Om te zeggen dat de gezondheid dat allemaal waard is en dat alle anderen dat maar moeten aanvaarden. …Dat vergt wel een heel sterke aanspraak op gezag.

DE gezondheidszorg, HET verkeer,… dient opgelost te worden via autoriteiten wordt vaak gezegd. Denk je niet in die termen dan zie je mensen die bepaalde problemen eerst oplossen. Maar wat met de solidariteit? Deze is in het huidige discours niets anders dan een argument om anderen te dwingen. In het samenlevingsmodel ligt de grens bij de ander. In het politiek systeem worden grenzen voortdurend hertekend. Vooral in het onderwijs wordt voortdurend in maatschappelijke termen gedacht. Bijvoorbeeld de typische lagere school vraag: “Wat zou u doen als u 1e minister zou zijn?”. Dat is de meest schunnige vraag die je kan stellen. Wat zou u doen moest u macht hebben? Anderen worden gereduceerd tot human resources.

Mensen moeten gemobiliseerd worden want wij gaan ervoor. En wij zijn belangrijk. Spreek je dit tegen dan ben je geen democraat…dan ben je zoveel als de duivel. Een democraat is iemand die beweert dat hij weet wie de wereld dient te besturen. Met je stem wordt een andere gemachtigd om baas te spelen over anderen. Je kan niets kiezen. Je maakt een bolletje zwart, wat dat betekent dat beslis jij niet. Wat is stemmen? Je weet het niet, dat wordt later beslist wat je bolletje betekent. De kiezer heeft gesproken maar na het kleuren dient hij te zwijgen. Geen enkele info kan overgebracht worden via 1 bolletje. De roden zijn beter dan de blauwen om baas te spelen is het enige wat je kan zeggen. Hoe, dat weet je niet. Je kan beter niet stemmen omdat je niet weet wat het betekent. Er is geen rationele invloed als kiezer. Sympathie kan je uitdrukken, maar niets meer.

In een vrije samenleving gebeurt alles in de marge. Principes worden er geen kreten. Als je met andere mensen wil samenleven, dien je rekening te houden met anderen en niet enkel met hun abstracte rechten. In een huwelijk beroep je je ook niet steeds op je recht op vrije meningsuiting, maar heb je respect voor elkaar. Een vrije samenleving is dus meer dan het rigoureus toepassen van een formule (het non-agressieprincipe).

Ligt het succes van de staat in de makkelijkheid waarmee je op anderen hun kosten kan leven?

Het succes van de staat ligt eerder in haar monopolie op de vorming. Weinig verwondering is nodig om te weten dat er dan weinig weerstand tegen het systeem komt; mensen groeien er in op.


Meer teksten van deze auteur op www.phaedrus.be.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

Murray Rothbard Instituut opgericht

Sinds kort mag libertarisch Vlaanderen zich verheugen op de komst van een splinternieuwe en begeesterende denktank. Het geesteskind van acht overtuigde libertariërs (waaronder ondergetekende) die allen de mening deelden dat in dit land en in dit continent in het algemeen best wel nood was aan een diepblauw meer temidden het verdorde, rode landschap werd zondag 16 december laatstleden officieel gelanceerd, ofschoon de voorstelling aan het grote publiek nog op zich zal wachten tot het vroege voorjaar van 2008. De denktank werd het Murray Rothbard Instituut gedoopt, naar de Amerikaanse econoom Murray N. Rothbard (1926-1995), die samen met Ludwig von Mises en Friedrich A. von Hayek een van de prominentste 20ste eeuwse exponenten van de Oostenrijkse Economische School vormde.

De bedoeling van een denktank is natuurlijk het verrichten van diepgaande reflecties over samenlevingsrelevante thema’s op allerlei menswetenschappelijke gebieden zoals economie, geschiedenis, sociologie, (rechts)filosofie, e.d. Dat zal voor het Murray Rothbard Instituut natuurlijk niet anders zijn: door het verspreiden van teksten, publicaties, boeken en het organiseren van lezingen en debatten zal getracht worden een libertarische stempel te drukken in het publieke debat. Hiervoor bevindt het Murray Rothbard Instituut zich in het eminente gezelschap van Prof. Dr. Frank van Dun (Universiteit Gent), Prof. Dr. Jörg Guido Hülsmann (Universiteit van Angers), dr. Jos Verhulst, Prof. Dr. Carlo Lottieri (Universiteit van Siena), Prof. Dr. Jesús Huerta de Soto (Kon. Juan Carlos Universiteit; Madrid) en Dr. Peter van Maanen (econoom; werkzaam bij het Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg (Den Haag)). Zij maken allen deel uit van de Academische Raad van het Murray Rothbard Instituut, dat dienst doet als intellectuele gistingsvat van de denktank.

Hoewel de activiteit van het Murray Rothbard Instituut voornamelijk zal plaatsvinden in de Nederlandstalige contreien van Europa – in het bijzonder Vlaanderen – zal het de lezer allicht niet zijn ontgaan dat de leden van de Academische Raad zich voornamelijk buiten de grenzen van Vlaanderen en Nederland bevinden. Dit komt omdat het aantal libertarische academici in de lage landen bijzonder schaars is. Die schaarste mag zelfs economisch geïnterpreteerd worden, in die zin dat de vraag naar libertarische academici groter is dan het aanbod ervan. Het bestuur van het Murray Rothbard Instituut, waaronder ondergetekende, erkent hierbij dan ook dat gebreken op de vrije markt wel degelijk mogelijk zijn…

De aankondigingen en plannen mogen dan misschien wel groots en ronkend klinken; de eerlijkheid gebiedt natuurlijk te zeggen dat het Murray Rothbard Instituut momenteel een zeer kleinschalige vereniging is, met zeer beperkte materiële middelen. Daarom dan ook dat het instituut in omvang alleen nog maar verder kan toenemen, wat van ondergetekende ook de innigste wens is.

Ten slotte kopieer ik hierbij ook nog de mededeling die het Murray Rothbard Instituut afgelopen zondag heeft rondgestuurd naar aanleiding van de oprichting. Ik hoop alvast dat het Murray Rothbard Instituut u de komende weken en maanden voldoende stof tot intellectuele reflectie zal kunnen bieden.


Sunday 16 December 2007 23:49

Beste bezoeker,

Vanaf vandaag, zondag 16 december, is het Murray Rothbard Instituut officieel voorgesteld aan 'het grote publiek'. Het Murray Rothbard Instituut zal zich toeleggen op onderzoek en educatie over de Oostenrijkse economische school, het natuurrecht, de praxeologie, de filosofie en de historiografie, en met de menswetenschappen in het algemeen voor zover het direct of indirect verband houdt met het leven, het werk of de methodologie van de Amerikaanse econoom Murray N. Rothbard. Murray Rothbard (1926-1995) was een buitengewoon productieve academicus en intellectueel die belangrijke bijdragen leverde in de economische wetenschap, de geschiedenis, de politieke filosofie en de rechtstheorie.

Het succes waarmee een dokter zijn patiënt kan genezen hangt niet zozeer, of niet uitsluitend, af van de goede wil van de geneesheer, maar van het beschikbaar zijn van de juiste medische kennis en het toepassen van de juiste geneesmiddelen. Net zo hangt het welzijn en de welvaart in een samenleving niet zozeer af van de goede bedoelingen van bestuurders, hervormers en activisten, maar van de ideeën en de methoden waarmee men welvaart en welzijn probeert te garanderen en bevorderen. Het is daar, in die soms abstracte maar fundamentele academische discussies, dat het Murray Rothbard Instituut een broodnodige verandering wil realiseren in het intellectuele klimaat van Vlaanderen, België en Europa.

Daartoe beginnen we met een breed programma van vertalingen, heruitgaves en nieuwe publicaties, werkend in de ruime traditie van Murray N. Rothbard. Onze eerst opkomende uitgave zal "het Fundamenteel Rechtsbeginsel - een essay over de grondslagen van het recht" van Dr. Frank van Dun zijn. Dit meesterwerk, voor het eerst in een kwart eeuw terug beschikbaar, is een baanbrekende fundering van het natuurrecht. Deze magistrale analyse en dito rechtstheorie is een absolute aanrader voor iedereen die serieus geïnteresseerd is in de vragen naar recht, onrecht en de legitimering van wet en staat. Het boek zal beschikbaar zijn in maart van volgend jaar.

Het Rothbard Instituut aanvaardt, om zijn intellectuele en organisatorische integriteit te garanderen, geen overheidssubsidies, en is dus volledig afhankelijk van uw vrijwillige bijdragen.

Schrijf u in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van nieuwe publicaties.

met vriendelijke groeten,
het bestuur van het Murray Rothbard Instituut

Michaël Bauwens
Denis Clijsters
Thomas Verhulst
Koen Deconinck
Tuur Demeester
Xavier Meulders

---------------------------------------------------------------------------------------
Voor meer informatie: zie de website van het Rothbard Instituut op www.rothbard.be
---------------------------------------------------------------------------------------
Read more...

17 december 2007

Belgium's last chapter, to be or not to be ?
(Arnaud Houdmont)

Belgium is left with two choices: bolster the federal government or call it a day. More than half a year without a government and no solution in sight... It was only a matter of time before Belgium would wake up to its own political reality... and it is not a pleasant awakening. For nearly one and a half century Belgium constituted a nation state with a centralised government based in Brussels. It was only in the seventies, under Flemish nationalist pressure, that the country embarked on the slippery slope of de-facto federalism. It is common knowledge that federalism as a result of opposition (rather than consensus) should be approached with extreme caution... but five state reforms later and all caution is out of the window! The last forty years have seen the end of most vital national institutions such as political parties and the national television and radio stations, having all regrouped on linguistic basis. As a result of five successive state reforms aimed at pleasing everyone, the Belgian political scene has become an unintelligible mess for politicians, citizens and visitors alike.

Since 1993 Belgium is officially a federal state, with remnants of a federal government, consisting of three language communities, with roughly six million Dutch speakers in the North of the country and a minority in Brussels, 4 million French speakers in the South and a majority in Brussels, as well as a German-speaking community, which has about 70.000 inhabitants. Each language community has its own parliament and government, responsible for the control of culture, education and some aspects of public healthcare. Besides that, to make matters more complicated, Belgium has three non-congruent (regions and communities overlap but do not coincide) regions with their own competences such as economic development, infrastructure/transport, environment, housing, agriculture, some aspects of employment, energy and water distribution, etc... Belgium would thus have seven governments and parliaments, were it not for the propitious merger of the institutions of the Dutch-speaking community and the Flemish region, leaving it with only six!

With no federal political parties to speak of and the impossibility for the voter to vote for candidates from another linguistic community, political agendas on a federal level are increasingly influenced by regional interests and Flemish nationalism. As if five futile reforms were not enough, the majority of the Flemish electorate and the overwhelming majority of the Flemish mandarins would like to see a sixth one, just for good measure...

As it stands today, coalition negotiations on a federal level have reached an impasse over two issues. On the one hand the Dutch-speaking parties are calling for a new state reform granting even more autonomy and powers to the regions/communities, as well as reducing the economic “solidarity” from Flanders to Wallonia, which the French-speaking community is loath to concede. On the other hand the Flemish are seeking to split the electoral district of Brussels/Halle/Vilvoorde (BHV). Currently people living in Brussels or the surrounding communes (part of Flanders and not of Brussels) can vote for French and Dutch speaking parties alike... since many of those communes have a majority of French-speaking inhabitants. However, in order to protect the “Flemish culture and language “, Flemish parties are asking for the electoral district to be split and allow only Flemish parties to be represented in the communes around Brussels. This is another demand from the Flemish that the French-speaking community is not willing to give in to without something in return. (Such as, for instance, the expansion of Brussels to include some surrounding communes...).

Whereas the constitutional reform and BHV may be the high-profile issues that currently divide the country, they are merely symptoms of a much deeper malaise. Carefully exploited Flemish nationalism as a result of a generalised inferiority complex, in combination with the Flemish economic ascendancy of the last decades, have convinced the Dutch-speaking population that they should protect themselves from francophones and immigrants, whilst safeguarding their “hard-earned” wealth instead of watching it disappear in a big black hole. To be fair, the sheer incompetence of the political elite in Wallonia should carry half of the blame... but one thing is sure, solidarity has left the house!

Today Belgium (barely) stands with its back against the wall and the situation calls for drastic measures. Half-baked solutions will only increase current frustrations, as the country slowly grinds to a halt. The disposition of Belgium is such that it either exists or it doesn’t, and nothing in between. It is often said that in Belgium you can either be a federalist (emphasis on the federal state), a con-federalist (emphasis on the member states) or a separatist... This is simply wrong. It is time to realise that the con-federalist path has taken Belgium’s politicians to the edge of a cliff and can no longer be pursued. The confused politicians and citizens of Belgium now have to choose between grabbing the separatists by the hand, close their eyes and jump; or heed the distant sounds of the moderate federalists that were left behind at the crossroads all those years ago and try to find their way back across treacherous country.

Wallonia and Flanders are like a married couple that is growing apart and sleeping in separate bedrooms, blaming each other for all that went wrong with increasingly bitter resentment. Like in any failing marriage, the parties involved are faced with two choices: rekindle the passion or file for divorce. Saving a marriage is hard work and significant concessions from both parties are called for if a continued Belgian union is to be guaranteed. Such is the reality of marriage. Separation, on the other hand, may appear as the easier solution, but the custody battle over Brussels could turn nasty... or simply impossible to resolve. Such is the reality of divorce.

In reality the two issues at hand, BHV and the constitutional reform, present Belgium with a unique opportunity to resolve their marital issues, once and for all. Any decision taken on these two issues will be indicative of all decisions to come, so rather than attempting yet another useless, aggravating and confusing constitutional reform towards more autonomy for the regions, the current issues could be put to good use and provide the ideal opportunity for moderate federalists to grab the bull by the horns. In any case, considering that all proposals are headed for rejection as long as the con-federalist approach prevails, it is time for the federalists to pick up the torch and tackle them from a different angle.

More recent developments have seen Guy Verhofstadt, the Caretaker Prime Minister (and potentially a “moderate federalist”), put in charge of forming and leading an interim government - by royal request no less - while he paves the way for the formation of a permanent government. In order to do this he needs to find common ground that both French-speaking and Dutch-speaking parties can agree on, to then proceed with the formation of a coalition government; a task that Yves Leterme, victor of the last elections and chief candidate for the post of Prime Minster, failed to bring to a good end after a series of negotiations that dragged on for months. This has now led to latest situation where the Caretaker Prime Minister (a liberal – Open VLD) has asked his rival (a conservative Flemish nationalist - CD&V) to become his Vice Prime Minister in an interim government and resume the talks that would have to lead to a state reform and eventually a legitimate government.

This will not lead to a solution and even if it does, it will be short-lived. Yves Leterme is anything but a “moderate federalist”... He is a fervent “con-federalist”, if there ever was one, and his party has been in bed with the separatist N-VA since before the elections. Whether under supervision of Verhofstadt or not, he will continue to insist on a version of the state reform that will remain inacceptable to the French-speaking community. Verhofstadt realises that the country is in need of a substantial constitutional reform. But rather than following the logic from the past 40 years, heading towards ever more regional autonomy, he should propose a reform that will reinforce the federal government and restore some of the country's fiscal and economic unity. The same thorough constitutional reform could also solve the issue of BHV by allowing all Belgian parties, whatever their origin, to be eligible on electoral lists nation-wide, offering voters the possibility to vote for French- or Dutch speaking parties alike, no matter where they live.

To grant legitimacy to such a constitutional reform, and solve the Belgian question for once and for all, a draft constitution should be put to the people in a referendum. Should the reform be deemed inacceptable by the majority of the Belgians and the draft be rejected by popular vote, it would be a very clear sign on the wall that the political elite could and would not ignore. It would force them to act accordingly and declare the end of Belgium. Should there, however, be wide support for the draft state reform, the federal state of Belgium would emerge victorious, strengthened and invigorated. The current situation in Belgium is unliveable and the current setup unworkable. No amount of constitutional reforms or splitting of electoral districts will change anything about this and it is time that the Belgians (but especially the Flemish) faced the music: to BE or not to BE.


Meer teksten van hem op www.arnaudh.tigblogs.org.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.


Read more...

16 december 2007

Heeft Karel de Gucht zijn buik al ingevet?

Karel de GuchtIk heb de laatste dagen al veel aan Karel de Gucht moeten denken, en dan vooral zijn buik. Twee maanden geleden zat hij nog in De Zevende Dag, en voorspelde er met zijn zo typische arrogantie dat Bart de Wever en de N-VA plat op hun buik zouden moeten gaan liggen om onder de lat door te kunnen. Maar morgen moeten Karel de Gucht zélf en met hem de hele Open Vld misschien wel onder de anti-sp.a-lat door.

Karel de Gucht is een ietwat speciaal figuur in de Vlaamse politiek, vooral tragisch ook. Er was een tijd dat de man steevast omschreven werd als de slimste van alle politici, en alleen idioten durfden dat al eens in vraag stellen. De verklaring voor waarom hij dan al eens, regelmatig, vaker dan gemiddeld, eigenlijk aan de lopende band, een flater uithaalde was dan ook telkens snel gevonden: zijn probleem was dat de rest van de wereld niet zo slim als hem was, en hem dus constant verkeerd begreep. Het probleem zal ongetwijfeld nogal wat van mijn lezers bijzonder bekend voorkomen…

Een goede twee maanden geleden was deze Karel de Gucht dus uitgenodigd in het zondagse politieke praatprogramma De Zevende Dag, en mocht er eens zijn phare laten schijnen over de regeringsonderhandelingen. En de journalisten die hem uitgenodigd hadden kregen waar voor hun geld, want Karel de Gucht was in goede doen en scheidde het ene pareltje van een politieke commentaar na het andere af, als was hij een oester in een zee van EPO.

Laten we beginnen met zijn commentaar over de tweede poging van Yves Leterme zelf: «Mijn inschatting is dat deze formatiepoging zal lukken.» Niet dus: hij zat er al even ver naast als elke andere sterveling op dat ogenblik. Wat echter zo speciaal is aan Karel de Gucht, is dat hij soms de kunst verstaat om de rol van een soort anti-Cassandra te spelen: de man slaagt er namelijk af en toe in om de situatie te analyseren op precies dezelfde manier als de rest van de wereld, en dus de grootste vanzelfsprekendheden te brengen, maar door het feit dat hij die vanzelfsprekendheden brengt met de grootst mogelijk arrogantie en een misprijzen voor de tegenstrever dat er zo afloopt, zorgt hij er ook voor dat de tegenstander die het moet ontgelden vastberadener is dan ooit om zeker niet toe te geven.

De volgende uitspraak heeft dan ook hoogstwaarschijnlijk goed meegeholpen om het Vlaams Kartel bij mekaar te houden en vooral de houding van de N-VA te verstrakken, met uiteindelijk de mislukking van de formatie tot gevolg: «Ik denk dat zowat alle partijen onder de lat door zullen moeten, behalve wijzelf omdat we van in het begin hebben ingeschat dat we daar enorm mee moeten opletten. […] CD&V zal onder die lat moeten, ook de MR zal er onder moeten en de N-VA kan maar best plat op de buik gaan liggen.» Zowel CD&V als N-VA hingen onmiddellijk hoog in de gordijnen, terwijl Bart Somers moest proberen de gemoederen te bedaren door te verkondigen dat Karel de Gucht niets meer gezegd had dan wat iedereen al lang wist.

Vandaag zijn we twee maanden verder, en blijkt dat, hoewel Karel de Gucht volkomen gelijk had en inderdaad niets meer verteld had dan wat iedereen al lang wist, hij door zijn uitspraak goed meegeholpen heeft om uiteindelijk ongelijk te krijgen. Meer zelfs: vandaag is het de Open Vld die zelf in de tang wordt genomen door de andere partijen, en onder de lat door gedwongen wordt om de sp.a toch maar te aanvaarden. Nota bene met inbegrip van de blauwe broeders van over de taalgrens, de MR! Het zal je als flamingante Belg maar overkomen. En hebben ze blijkbaar daar in de partijtop van de Open Vld dan toch niet zo goed opgelet bij het leggen van de latten.

Labels: , , ,

Read more...

<<Oudere berichten     Nieuwere berichten>>