De wildgroei van denktanks in Vlaanderen
(Vincent De Roeck)
Er valt de laatste jaren een nieuwe trend te bespeuren binnen de liberale familie, en dan doel ik niet op de partijpolitieke, maar wel op de puur ideologische invulling daarvan, en die trend breidt zich zienderogen uit. Het gaat om de wildgroei van de zelfverklaarde “denktanks” : een fenomeen dat overgewaaid is uit de Angelsaksische wereld en het ietwat negatief geladen imago van “lobbygroepen” tracht te verbeteren. Denktanks zijn immers geen “special interest groups” in de klassieke betekenis van het woord. Zij streven weliswaar dezelfde mate van politieke en maatschappelijke invloed na als de traditionele drukkingsgroepen, maar kiezen resoluut voor (ideologische) inhoud, eerder dan voor de verpakking. Denktanks gelden in het buitenland al decennialang als belangrijke spelers in het maatschappelijke debat, maar Vlaanderen bleef hiervan lange tijd gespaard. Tot voor kort dan, want de afgelopen jaren kennen de denktanks ook bij ons een gestage opmars.
Eén van de voordelen die iemand als ondergetekende heeft door zéér actief te zijn in de Vlaamse/Europese liberale en liberaal- conservatieve beweging, is dat ik te pas en te onpas in mijn mailbox of via kennissen te horen en/of te lezen krijg met wat men allemaal niet bezig is. Ronkende verklaringen, officieel klinkende “mission statements” en mooie websites worden afgevuurd op iedereen die ook maar een klein beetje geïnteresseerd zou kunnen zijn. Mijn agenda puilt nu al uit van de lezingen, congressen, excursies, bezoeken, conferenties en colloquia, en steeds meer en meer “nieuwe” projecten worden uit de grond gestampt, en het gaat dan ook eens maar al te vaak om éénmansinitiatieven.
Nu ben ikzelf ook niet zonder zonden op dat vlak. Mijn kennissen en trouwe lezers kennen mijn eigen gefaalde projecten uit 2005 (Nova Libertas en de Euramerican Friendship League) waarschijnlijk maar al te goed, maar aan de grond van beide lag een oprecht geloof in verandering, maar net zoals Willem Elsschot ooit treffend zei, liggen er tussen droom en daad wetten en praktische bezwaren in de weg. Laat deze bekentenis van mij dan ook inhouden dat ik géén enkel waardeoordeel doe over de andere denktank-projecten die ik in dit artikel kort onder de loep zal nemen en zal becommentariëren.
Vlaanderen kent immers al wel enige tijd een aantal organisaties die “nadenken” over politieke en maatschappelijke vraagstukken. Het gaat dan om verenigingen à la Nova Civitas, het Liberaal Vlaams Verbond en Liberales. Zij domineerden lange tijd het interne liberale debat, maar kregen buiten de traditionele achterban en partijpolitieke connecties nauwelijks voet aan de grond, onder meer door hun bijwijlen zéér politiek-ideologisch gekleurde standpunten. Nova Civitas breidt ook voortdurend uit. Er zijn momenteel zéér concrete plannen om een aparte NC-afdeling in Brussel op te richten met een eerste activiteit in januari 2008 al. De IFF’ers Pieter Cleppe en mezelf zijn daar o.a. in betrokken.
Moest het daarbij blijven, zou er geen haan naar kraaien, maar het succes van deze groepen, en de schijnbaar zéér laagdrempeligheid voor de oprichting van een “denktank” hebben tal van andere “copycats” met zich meegebracht. Ik denk dan in de eerste plaats aan WorkForAll en zijn afsplitsing WorkAndWealthForAll, die hun oorsprong vonden in een aantal hobbyeconomen die zichzelf wilden verenigden en een nieuwe collectieve spreekbuis wilden creëren. Ook het Liberaal Vlaams Studentenverbond, waarvan ondergetekende de nationale politiek secretaris is, profileert zich de laatste jaren méér en méér als “denktank” naar de buitenwereld toe, met de opname van het LVSV binnen het Stockholm Network als meest recent gevolg.
Ook in de marge van bekende en befaamde internationale organisaties ontstaan er voortdurend nieuwe initiatieven. De Brusselse afdeling van de Amerikaanse Federalist Society gaat door het leven als Rule of Law Society en ofschoon deze “denktank” al enkele jaren bestaat, organiseert ze pas nu in december haar eerste echte activiteit. Ook de officieuze Europese tak van het Amerikaanse Ludwig von Mises Institute in Brussel wil zich méér en méér profileren, en in dat kader werd recentelijk dan ook de Mises Youth Club opgericht, waarvan ondergetekende sinds de oprichting “secretaris” is. Sinds de oprichting ervan werd er welgeteld één activiteit georganiseerd. De tweede zal in januari/februari van 2008 volgen. Op het Capitalist Ball van enkele weken geleden trachtten een aantal Belgische libertariërs zelfs om Tom Palmer, de topman van het Amerikaanse Cato Institute, te overtuigen om een afdeling in Brussel uit de grond te stampen. En als klap op de vuurpijl kondigde de libertarische actiegroep Phaedrus, ook al zo’n zéér jonge start-up, deze week de oprichting aan van het Murray Rothbard Institute dat zich zou gaan focussen op de libertaire filosofie.
Ongetwijfeld schuilt er achter al deze projecten een zéér nobel doel en zijn alle betrokkenen wel degelijk overtuigd van de (potentiële) meerwaarde van hun “denktanks”, maar is dat allemaal wel voldoende om te blijven bestaan en om echt te kunnen wegen op het maatschappelijk debat in Vlaanderen. Zou deze wildgroei van kleine en middelgrote “denktanks” met de daarmee samenhangende versnippering niet juist nefast zijn voor de idealen en de doelen die ze allemaal koesteren en/of nastreven? Zou een liberaal-conservatieve frontvorming op vlak van denkgroepen niet betere en snellere resultaten geven? Want laat ons eerlijk zijn, welk nut hebben deze zelfverklaarde “denktanks” tegenover de Cassandra’s en de andere partijgebonden studiecellen van deze tijd? Om nog maar te zwijgen van het Itinera Institute, de vooralsnog enige échte Nederlandstalige denktank in België.
Hoewel ikzelf ook gretig op de kar van dit fenomeen gesprongen ben met eigen projectjes en tal van engagementen binnen deze nieuwe start-ups, moet ik echter toegeven dat deze initiatieven, noch op individuele basis noch als geheel, de ambities van de betrokkenen hebben kunnen waarmaken. In mijn ogen is er in Vlaams België ruimte voor drie grote structuren: het bestaande partijonafhankelijke Itinera Institute, de in dit artikel aangehaalde denktanks na een fusie tot één liberaal denkblok, en last but not least het zogenaamde liberaal-conservatieve “Simon Stevin Instituut” rond de mensen van het Warande-Manifest dat, althans volgens mijn bronnen in de wandelgangen, al enige tijd in de steigers staat.
Meer over denktanks wereldwijd op www.wikipedia.org.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.
Eén van de voordelen die iemand als ondergetekende heeft door zéér actief te zijn in de Vlaamse/Europese liberale en liberaal- conservatieve beweging, is dat ik te pas en te onpas in mijn mailbox of via kennissen te horen en/of te lezen krijg met wat men allemaal niet bezig is. Ronkende verklaringen, officieel klinkende “mission statements” en mooie websites worden afgevuurd op iedereen die ook maar een klein beetje geïnteresseerd zou kunnen zijn. Mijn agenda puilt nu al uit van de lezingen, congressen, excursies, bezoeken, conferenties en colloquia, en steeds meer en meer “nieuwe” projecten worden uit de grond gestampt, en het gaat dan ook eens maar al te vaak om éénmansinitiatieven.
Nu ben ikzelf ook niet zonder zonden op dat vlak. Mijn kennissen en trouwe lezers kennen mijn eigen gefaalde projecten uit 2005 (Nova Libertas en de Euramerican Friendship League) waarschijnlijk maar al te goed, maar aan de grond van beide lag een oprecht geloof in verandering, maar net zoals Willem Elsschot ooit treffend zei, liggen er tussen droom en daad wetten en praktische bezwaren in de weg. Laat deze bekentenis van mij dan ook inhouden dat ik géén enkel waardeoordeel doe over de andere denktank-projecten die ik in dit artikel kort onder de loep zal nemen en zal becommentariëren.
Vlaanderen kent immers al wel enige tijd een aantal organisaties die “nadenken” over politieke en maatschappelijke vraagstukken. Het gaat dan om verenigingen à la Nova Civitas, het Liberaal Vlaams Verbond en Liberales. Zij domineerden lange tijd het interne liberale debat, maar kregen buiten de traditionele achterban en partijpolitieke connecties nauwelijks voet aan de grond, onder meer door hun bijwijlen zéér politiek-ideologisch gekleurde standpunten. Nova Civitas breidt ook voortdurend uit. Er zijn momenteel zéér concrete plannen om een aparte NC-afdeling in Brussel op te richten met een eerste activiteit in januari 2008 al. De IFF’ers Pieter Cleppe en mezelf zijn daar o.a. in betrokken.
Moest het daarbij blijven, zou er geen haan naar kraaien, maar het succes van deze groepen, en de schijnbaar zéér laagdrempeligheid voor de oprichting van een “denktank” hebben tal van andere “copycats” met zich meegebracht. Ik denk dan in de eerste plaats aan WorkForAll en zijn afsplitsing WorkAndWealthForAll, die hun oorsprong vonden in een aantal hobbyeconomen die zichzelf wilden verenigden en een nieuwe collectieve spreekbuis wilden creëren. Ook het Liberaal Vlaams Studentenverbond, waarvan ondergetekende de nationale politiek secretaris is, profileert zich de laatste jaren méér en méér als “denktank” naar de buitenwereld toe, met de opname van het LVSV binnen het Stockholm Network als meest recent gevolg.
Ook in de marge van bekende en befaamde internationale organisaties ontstaan er voortdurend nieuwe initiatieven. De Brusselse afdeling van de Amerikaanse Federalist Society gaat door het leven als Rule of Law Society en ofschoon deze “denktank” al enkele jaren bestaat, organiseert ze pas nu in december haar eerste echte activiteit. Ook de officieuze Europese tak van het Amerikaanse Ludwig von Mises Institute in Brussel wil zich méér en méér profileren, en in dat kader werd recentelijk dan ook de Mises Youth Club opgericht, waarvan ondergetekende sinds de oprichting “secretaris” is. Sinds de oprichting ervan werd er welgeteld één activiteit georganiseerd. De tweede zal in januari/februari van 2008 volgen. Op het Capitalist Ball van enkele weken geleden trachtten een aantal Belgische libertariërs zelfs om Tom Palmer, de topman van het Amerikaanse Cato Institute, te overtuigen om een afdeling in Brussel uit de grond te stampen. En als klap op de vuurpijl kondigde de libertarische actiegroep Phaedrus, ook al zo’n zéér jonge start-up, deze week de oprichting aan van het Murray Rothbard Institute dat zich zou gaan focussen op de libertaire filosofie.
Ongetwijfeld schuilt er achter al deze projecten een zéér nobel doel en zijn alle betrokkenen wel degelijk overtuigd van de (potentiële) meerwaarde van hun “denktanks”, maar is dat allemaal wel voldoende om te blijven bestaan en om echt te kunnen wegen op het maatschappelijk debat in Vlaanderen. Zou deze wildgroei van kleine en middelgrote “denktanks” met de daarmee samenhangende versnippering niet juist nefast zijn voor de idealen en de doelen die ze allemaal koesteren en/of nastreven? Zou een liberaal-conservatieve frontvorming op vlak van denkgroepen niet betere en snellere resultaten geven? Want laat ons eerlijk zijn, welk nut hebben deze zelfverklaarde “denktanks” tegenover de Cassandra’s en de andere partijgebonden studiecellen van deze tijd? Om nog maar te zwijgen van het Itinera Institute, de vooralsnog enige échte Nederlandstalige denktank in België.
Hoewel ikzelf ook gretig op de kar van dit fenomeen gesprongen ben met eigen projectjes en tal van engagementen binnen deze nieuwe start-ups, moet ik echter toegeven dat deze initiatieven, noch op individuele basis noch als geheel, de ambities van de betrokkenen hebben kunnen waarmaken. In mijn ogen is er in Vlaams België ruimte voor drie grote structuren: het bestaande partijonafhankelijke Itinera Institute, de in dit artikel aangehaalde denktanks na een fusie tot één liberaal denkblok, en last but not least het zogenaamde liberaal-conservatieve “Simon Stevin Instituut” rond de mensen van het Warande-Manifest dat, althans volgens mijn bronnen in de wandelgangen, al enige tijd in de steigers staat.
Meer over denktanks wereldwijd op www.wikipedia.org.
Meer teksten van Vincent De Roeck op www.libertarian.be.
7 Comments:
Toch wel jammer dat Vincent in al zijn wijsheid zo denigrerend doet over een maatschappelijk verschijnsel dat we met vreugde zouden moeten begroeten.
Liever dan te spreken over wildgroei zou ik de bloeiende verbreiding van groepen die zich ten gronde met maatschappelijke vraagstukken bezighouden willen begroeten als een gunstige evolutie die blijkbaar aan een sterke maatschappelijke nood voldoet en erg bijdraagt tot de veelkeurige verscheidenheid van de maatschappelijke analyse. Ook tot de verspreiding van een fundamenteel liberale boodschap die men tot voor een paar jaar nauwelijks nog aantrof, zeker niet in de politiek correcte big media.
Ook de termen laagdrempeligheid en goedbedoeld amateurisme getuigen nogal van een denigrerende instelling tegenover de bijdrage en de enthousiaste inzet van kritische geesten uit alle maatschappelijke geledingen. De toegankelijkheid van internet laat juist voor het eerst in de geschiedenis toe dat àlle maatschappelijke geledingen aan het politiek debat kunnen deelnemen.
De gemeenschap heeft immers al te lang moeten wachten op een initiatief van goedbetaalde academici om de ineffecientie van ons hoger onderwijs aan te kaarten, of op het initiatief van professionele studiediensten van vakbonden en politieke partijen om het parasitair karakter van de publieke dienstverlening of de contra-productiviteit van het overmatige overheidsbeslag aan te kaarten. Het zijn ook niet EG of OESO ambtenaren die ons het voordeel van fiscale concurrentie zullen leren kennen, noch de studiediensten van de ECB om de aanslag van hun excessieve geldshepping op ons aller koopkracht uit te leggen.
Zelfs de studentengemeenschap lijkt té zeer verblind door het uitzicht op een goedbetaalde job bij de overheid om haar historische maatschappelijke opdracht tot kritische analyse van maatschappelijke fenomenen nog te kunnen waarnemen. Getuige daarvan de steun van de Franse studentengemeenschap voor de staking tot behoud van onbetaalbare pensioenprivileges van de ambtenarij.
Ik zou het maatschappelijk waarde van dit leger van Davids in de strijd voor méér vrijheid tegen de tegen de Goliaths van Big government en big business en big media niet onderschatten. Getuige daarvan het succes van Ron Paul in de US.
De veelkleurige verscheidenheid van al die liberale denkgroepen sluit niet uit dat bij wijlen gemeenschappelijke initiatieven kunnen worden ontwikkeld. We konden al eens beginnen met bijeenkomst voor een een informele babbel. Misschien kunnen we daar elkaars standpunten wat beter leren kennen en respecteren.
Paul Vreymans
http://workforall.net
Paul, ik begrijp uw punt volledig, maar ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat u een belangrijk deel van mijn tekst gemist hebt, nl. het deel waarin ik duidelijk zeg "geen enkel waardeoordeel te vellen" over de in dit artikel opgesomde initiatieven. Deze tekst is eerder een oproep tot frontvorming, dan een kritiek op het bestaan van deze denkgroepen. Ik ben een trouwe lezer van uw WorkForAll.net website, daar niet van, maar u moet toch ook toegeven dat de dossiers en teksten beter tot hun recht zouden kunnen komen in een groter uniformer geheel met een betere toegang tot financiële middelen en de media. Als de denkgroepen zich niet verenigen, zullen ze niet doorgroeien tot spelers van formaat in het maatschappelijke debat. Een Heritage Foundation of Cato Institute in België zal dan ook nooit kunnen ontstaan.
Vincent, ik begrijp je bezorgdheid, maar in internet-tijden moet het mogelijk zijn om samen te werken zonder de eigenheid te verliezen. Dat laatste is uitermate belangrijk voor bijna elk van de organisaties die je opsomde.
Daarom is mijn voorstel om voor een betere verspreiding van de publicaties van al deze organisaties te zorgen. Deze website, inflandersfields.eu, is daar mijns inziens uitermate geschikt voor.
Ik zou de impact en invloed van denktanks als WorkForAll, Nova Civitas en Itinera Institute niet onderschatten.
Ik ben ervan overtuigd dat die invloed er wel degelijk is, en vrij belangrijk is.
Maar, deze invloed valt moeilijk te detecteren, om twee redenen:
1) die invloed is indirect. Die denktanks beïnvloeden opiniemakers, en via die opiniemakers sijpelt hun gedachtengoed de politiek binnen.
2) die invloed werkt op middellange termijn, niet op korte termijn. Men moet dus enig geduld uitoefenen en de langetermijn-evoluties van de ideeën observeren om hun impact te kunnen waarnemen.
Brusselse vleugel Nova Civitas...wuk nieuws?
En niet te vergeten, de Nova Simplicitas. Het ledental van deze succesvolle denktank kan zelfs bij benadering niet geschat worden aangezien zij allen de stelregel huldigen dat spreken zilver is en denken goud.
Misschien kunnen de schrijvers van "In Flanders Fields" en/of de deelnemers aan deze discussie in volgende afleveringen kort mededelen of huns inziens vlak ten zuiden van Vlaanderen leesbaars geproduceerd wordt in hun denkrichting. Desnoods voor als men Frans leest. In uw saneringsplan voor de besproken sector wordt geen franstalige fusiekandidaat genoemd, of een engelstalige uit 't zuiden. En als u toch bezig bent: hoe zit dat ten noorden van uw land ?
Een reactie posten
<< Home